Reisverhaal «Sao Miguel: in tegenwijzerzin van zuid naar zuid»

Azoren | Portugal | 5 Reacties 12 Oktober 2025 - Laatste Aanpassing 18 Oktober 2025

In Furnas ontstaan heel wat beekjes door de thermaal bronnen.

 

niet alle fumarolen geven het ontstaan aan een beekje, de meeste zijn omringd door een cirkel van stenen waardoor het kokende water niet verder loopt. Het water verdampt voor het grootste gedeelte

 

er zijn echter een aantal bronnen buiten het fumarolenveld, ook deze zijn sterk ijzeroxiden houdend

 

even proeven, bah een sterke ijzersmaak en warm

Door het Alameda park stroomt er een beek, we wandelen door het gebied

 

het parkje is mooi aangelegd, aangenaam om er te wandelen

 

met hier en daar een bruggetje over de beek..

en nog bloeiende bougainvillea’s

soms stroomt het beekje, soms zijn er watervalletjes

 

en nog mooie pink lelies

 

er is ook nog een vijver waar warm water opborrelt

 

en nog bronnetjes, en nog, en nog … het water komt terecht in de beek

 

één van de beekjes, met sterk ijzeroxide water

hier in het gebied groeit een plant die op rabarber gelijkt met reuzegrote bladeren. In het midden van de 20ste eeuw werd deze plant vanuit Brazilië meegebracht als sierplant in een tuin. Ondertussen woekert de plant zo erg dat ze de lokale flora bedreigt, een woekerplant. Men probeert ze zo veel mogelijk te bestrijden.

een ander beekje dat eveneens in het fumarolenveld van Furnas is ontstaan

Eén van die beken is de Ribeira Quente, die een heel groene vallei heeft uitgesneden richting zuiden en in het gelijknamig dorpje in de zee uitmondt.

 

de Ribeira Quente, die iets verder uitmondt in de oceaan dichtbij de vissershaven

 

een barbarij heeft blijkbaar haar nest in de opgemetselde zijwand van de beek

 

jonge meeuwen zitten te wachten op … vliegen krijsend op en neer ….

Het dorp is een vissersdorp waar nog bijna honderd vissers leven. Het dorp bestaat uit 2 delen, het oostelijke waar de vissershaven ligt, en wat verder het meer westelijke deel dat grenst aan een strandje.

een azulejos met daarnaast een gedicht (in het Portugees) over de vissers en de haven

 

de vissers vormen een coöperatief om hun vis te verkopen

bakken vol sardientjes, gevangen met netten

een visser zit zijn net te boeten

’s morgens is het nog wat koel, nog even de jas aan tot de zon de wereld hier weer opwarmt …

 

het westelijk deel van het dorp

met een grote kinderspeelplaats en hoger de kerk. Het is vandaag zondag, en verkiezingen, maar kerk en kiesbureau (als er al een is) trekken geen inwoners aan

een monument uitgehouwen uit een grote rotsblok vulkanisch gesteente, om de moedige vissers uit het dorp te eren of te herdenken

het zwarte strand enkele honderden meters lang met lokale wandelaarsters die hun stappen zetten voor vandaag, terwijl de mannen in de bars tegen elkaar nogal luid spreken

 

voorbij het strand richting westen, de rotsen rijzen op uit de oceaan

een grote rotsblok duidt het einde van het strand aan

Het dorp zelf ligt in een soort kom omgeven door hogere groen heuvels. De enige toegangsweg is deze via de Ribeira Quento-beek-vallei.

 

op de terugweg is de temperatuur gestegen, jassen uit. Aan de promenade staan er heel wat Tamarinde bomen

Wat verder oostelijk langs de oceaan bevindt zich Povoaçao, de plaats waar in 1432(!) de eerste mensen aan land kwamen. Er is een monument opgericht als herdenking.

 

de eerste aankomst, uitkijken, is er iets of iemand te zien? … eerst werd er een geitenbok aan land gezet, kwestie te weten of dat onbekende land veilig was …

het eigenlijke monument, vrij hoog…

met een zestal hoofden, waarvan 2 vrouwen en enkele paters … er woonde echter niemand die ‘bekeerd’ moest worden …

 

een eindje verder, uit een grote vulkaansteen, … eens het eiland ingenomen, moest het verdedigd worden tegen piraten en zeerovers …

nee, niet Stephan moest schieten, wel de vroegere bewoners …

Bij het westelijke uiteinde staat er een kerkje dichtbij het strand. De eerste kerk die op deze plaats werd gebouwd is door de vulkaanuitbarsting van 1630 verwoest, waarna er een nieuw kerkje gebouwd werd, dat meermaals gerestaureerd is

het huidige kerkje

Er is een haventje, eerder met enkele plezierbootjes dan met vissersboten.

op de rotsblokken ligt een schroef en verder enkele ankers ….

 

richting oosten is dit hier het einde van het dorp, er is nog een klein, zwart strandje en dan rotsen tot in de oceaan…

sternen vliegen aan en af op grote steenbrokken bij een vuurtoren. Vanop het land niet te bereiken, dus veilig voor de vogels…

het is hier drukker dan in Ribeira Quente, maar al bij al toch zeer rustig…

de voetpaden zijn hier versierd met het bootje dat hier eerst aanlegde…

Het gedeelte aan de zeer is hier eerder beperkt, het dorpje ligt naar het binnenland toe. We wandelen er door.

korte promenade …

 

ook aan het westelijke uiteinde nog een klein strandje…

het centrale parkje in het dorp

met een herdenkingszuil van het 500-jarig bestaan 1432-1932, ondertussen bijna 600 jaar geleden…

de kerk in het dorp met veel treden om ‘hoog’ naar op te kijken

er is een mis bezig, de kerk zit hier redelijk vol en de mensen zingen …

Iets voorbij het centrum van Povoaçao, op een zijweg, bevindt zich het ‘Museu de Trigo’ of het Tarwemuseum.

De eerste bewoners hadden zaden van 3 soorten tarwe mee, die verbouwd werden.

Maïs en aardappelen waren toen nog onbekend, die zijn immers uit Amerika meegebracht.

Tekst deels van website https://www.cm-povoacao.pt/index.php/servicos-municipais/museu-do-trigo/acerca-do-museu-do-trigo). De tekstpanelen in het museum zijn enkel in het Portugees.

Hier bij Povoaçao bevindt zich de zogenaamde molen van Lomba do Loução. Deze werd rond 1854 gebouwd en functioneerde ook enige tijd als molen. Het was een idee dat uit Duitsland werd meegebracht door een emigrant, geboren in Lomba do Loução, met als doel de gemeenten Povoação en Nordeste te bedienen.

 

foto van de website, de andere zijn eigen foto’s en eigen tekst

Het idee was om een huis te bouwen in "zachte steen" van Povoação en hout, waarin twee machines stonden; een dorsmachine en een tarara het hout gebruikt dat gebruikt werd, was acacia, hout dat bestand is tegen water.
De belangrijkste functie van de dorsmachine was het extraheren van stro en graan. Het ging rechtstreeks naar de tarara, waar het graan werd gescheiden van het kaf (omhulsel dat de tarwe bedekt) en werd schoongemaakt door een houten ventilator die erin zat.

Het was een watermolen, water van de nabijgelegen beek werd als aandrijving gebruikt.
Het water dat werd omgeleid, ging door een tunnel naar beneden om toegang te krijgen tot het hoofdwiel (het grootste van alle wielen) dat de laden vulde, zodat het zwaar werd en het hele systeem, verbonden door riemen van kameelleer, liet werken.

 

het waterrad, nu onbruikbaar

 

het beekje is nog net te zien tussen de plantengroei

Vanaf het midden van de eeuw. XIX tot 1973 bleef de Engenho (de molen) actief.

 

het draaiende waterrad dreef 2 wielen aan, een groter en een kleiner

 

het groter wiel dreef de dorsmolen aan, …

 

het kleiner wiel de tarara waar het kaf van het koren werd gescheiden

De graanrecessie die in het midden van de negentiende eeuw op het hele eiland voelbaar was. Betekende het einde van de tarweverbouwing. Het gebouw geraakte in verval tot het begin 21ste eeuw door de gemeente werd gekocht, gerestaureerd en als museum open gestald.

 

de locaties op Sao Miguel waar in de 15de eeuw tarwe werd verbouwd (kaart niet zo helder wegens zeer donkere omgeving)

Tegen het einde van de 17de eeuw werd zowat overal, ook zelfs in de bergen, tarwe geteeld.

Er werden 3 soorten tarwe gebruikt waarbij het kaf gemakkelijk van de graankorrel gescheiden kon worden

Bij de variëteit Barbela was gemakkelijk te malen en leverde meel op dat rijk was aan zetmeel en arm aan gluten.

Variëteit Pelado was zonder kaf, een soort gezwollen graan, maar minder productief en beter bestand aangepast aan de hoogte (bergen).

De derde variëteit Anafil , een harde tarwesoort, goed bestand tegen malen, arm aan zetmeel en rijk aan gluten.

Tijdens de jaren 1940-1950 werden 2 tarwesoorten uit Italië ingevoerd, soorten die zeer productief zijn, weinig veeleisend en bestand tegen de schimmel die roest veroorzaakt.

Oorspronkelijk werd tarwe enkel gezaaid op de lager gelegen velden, dichterbij de bewoning. Maar door de toename van de bevolking moest er ook hoger gelegen land gebruikt worden, waar dikwijls de lucht vochtiger was en ziektes op het gewas meer voorkwamen. De bodem werd snel arm en, halverwege de 16e eeuw, namen twee inwoners van Sao Miguel het initiatief niet alleen om lupine te zaaien, maar ook om deze groen in te graven om de grond te verbeteren en te revitaliseren, dankzij de ontbinding van organisch materiaal en de vrijgave van stikstof. De lupine werd gezaaid in september-oktober met behulp van een houten ploeg en een eg, getrokken door een span ossen. Na vier maanden werd het loof met de ploeg ondergewerkt, en de grond, losgemaakt en geëffend met de eg, bleef daarna twee à drie weken rusten.

De graankorrels die gezaaid werden , waren van oogst van het vorige jaar. Afhankelijk van de soort werd het graan in de winter of in de lente uitgezaaid, deze laatste om gure winterperiodes te vermijden. De tarwe werd met de hand uitgestrooid in de voren die waren geopend met een kleine ploeg; daarna werd de eg eroverheen gehaald om ze te sluiten en de grond gelijk te maken. In de 20e eeuw werd het gebruik van fosfaatmeststoffen geleidelijk algemeen, die tegelijk met het graan werden uitgestrooid

Hoewel het zaaien over het algemeen met de hand gebeurde, werd ook het gebruik van mechanische zaaimachines verspreid. Het zaaien was een van de kritieke momenten in de tarweteelt, waarbij men de velden moest bewaken om te voorkomen dat de vogels de zaden opaten. Kinderen en ouderen waren belast met het verjagen van deze plaag, waarbij ze gebruik maakten van vogelverschrikkers of ingenieuze netwerken van kleppers en bellen, die werden bediend door de wachters die zich soms verborgen hielden in hutten of onder afdakjes

Voor de oogst werden er oudst een manueel hulpmiddel gebruikt, een soort zeis verbonden met een stok. Tijdens de 18de eeuw kwamen er mechanische hulpmiddelen die gebruik maakten van stoom. Deze toestellen werden ingevoerd door de landbouwcoöperatie. Nog later werden hydraulische hulpmiddelen gebruikt, zoals de molen hier in Povoaçao.

 

het graan werd dan opgeslagen in huisjes, opslagplaatsen die eerst niet veel bescherming boden, maar later beter bestand waren tegen slecht weer en ongedierte….

Naast het voedsel werden de gedroogde bladeren ook gebruikt, vooral om hoeden te maken.

Morgen rijden we voorbij Povoaçao richting oosten en noordoosten, we zullen dan voor enkele dagen in het noorden verblijven.

De route tussen Povoaçao in het zuiden, via Nordeste in het noordoosten, tot Maia in het noorden, is gekenmerkt door heel wat uitzichtpunten, allemaal zeer mooi aangelegd en netjes onderhouden. De weg verloopt een heel eind boven de oceaan.

bebloemde parkjes op weg naar het uitzichtpunt (punt 4)

 

soms is het park ruim, meestal zijn er banken en tafels en BBQ grill mét hout. Hier sponsort een Lions club. De parkjes worden zeer goed onderhouden

 

prachtig bebloemde toegang tot het uitzichtpunt en pick-nickplaatsen (punt 6)

De dorpjes waar we doorrijden zijn vooral boerendorpjes. Landbouw is volledig in het teken van veeteelt.

 

vanop de Mirador do Bordes is de groenschakering van de veldjes goed te zien

Momenteel wordt de maïs gehakseld en naar de bedrijven gevoerd voor voordroog kuil.

 

nog net de tractor kunnen fotograferen (uitzichtpunt 12)

 

Mirador do Bodes met uitzicht richting westen op Ribeira Quente, gisteren waren we daar

 

niet alleen richting zee, maar ook richting binnenland is het uitzicht mooi

 

vooraan links ligt Povoaçao, waar we gisteren ook waren

 

op een volgend punt zien we de krater van de (ooit) vulkaan Povoaçao, ouder dan de Furnas vulkaan. Deze vulkaan is uitgestorven of slapend, maar kent nu geen activiteit meer

 

uitzichtpunt 3, Pico Longo …

… met uitzicht op het hoger gelegen dorpje Nossa Senhora dos Remedios

 

uitzichtpunt 4 , we zien beneden een smalle kreek..

 

een mooie vlinder… in de vlucht is de binnenzijde van de vleugels knalgeel

 

het vlindertje van dichterbij..

en het hoog gelegen dorpje Agua Retorta

uitzichtpunt 6 langs de oostkust

 

… nog enkele bloemen, wel opvallend ….

 

Kniphofia of Vuurpijl

 

nog een late roos in bloei

uitzichtpunt 7 heel steil naar beneden bevindt zich de eerste moderne vuurtoren van Sao Miguel, de Farol do Arnel (verboden om met een huurauto af te dalen). Gebouwd in 1876, nu werkt de vuurtoren volledig automatisch

 

uitzichtpunt 10 hier is de vuurtoren nog beter te zien, de toren staat ongeveer op het meest oostelijke punt van het eiland, nog hoog boven de oceaan (70m). Dit gebied en gesteente kwam ooit eerst boven water

een foto van het informatiebord, wij zijn niet bij de vuurtoren geweest. Het gebied rond de vuurtoren is een belangrijke plaats voor enkele zeevogelsoorten. Het is een klein, maar belangrijk natuurgebied.

 

kijken we richting noorden, zien we het dorp Nordeste, het hoofddorp van het ganse noordoostelijk gebied

We rijden het dorp Nordeste binnen. Tot 100 jaar geleden was dit dorp enkel bereikbaar per boot, nu gaat de ringweg er langs en langs het noorden is er een soort snelweg om hier te komen

 

hét gebouw in elk dorp is de kerk

 

en een centraal parkje met een kiosk

Op het terras van een lokale bar eten we onze picknick. De eigenaars hebben een grote ketel dagsoep gemaakt, mensen uit het dorp komen hier hun beker soep kopen (1,5€)

Nordeste, de gemeente in het noordoosten van Sao Miguel. Het vulkaancomplex van Nordeste is het oudste, de start van het eiland Sao Miguel, ongeveer 4 miljoen jaar oud. Het is een uitgedoofd complex, de hoogste top van het eiland, Pico da Vara (1103m) ligt in dit gebied. De natuur is er nog meer ongerept, Rododendron en vooral Hydrangea (hortensia) komen hier van nature voor.

In nordeste bevindt zich het gemeentelijk museum Nestor de Soussa. Het ligt in het centrum, we gaan er langs, maar het blijkt toch al wat jaren ‘fachado’, gesloten in het Nederlands. Dit doet ons denken aan de musea in Fuerteventura, allemaal gesloten….

Het Gemeentelijk  Museum Nestor de Sousa werd in 1989 ingehuldigd, toen als het "Museum van het Noordoosten", geïntegreerd in de viering van de 475ste verjaardag van de oprichting van de gemeente.

Gemaakt door de gemeente Nordeste als een museum voor lokale geschiedenis, worden hier objecten van historische, etnografische en culturele waarde verzameld, verzameld van individuen en lokale instellingen, die het economische leven van de gemeente Nordeste verklaren, met agrarische kenmerken. Huiselijk leven, religieuze actie, eten, kleding, diaspora, tegelaardewerk en veldwerk zijn enkele van de aanwezige voorstellingen. In het handwerk krijgt het weefgetouwwerk, met inbegrip van artefacten die verband houden met de activiteit, een speciale nadruk in het museum. (https://cmnordeste.pt/cultura/museus-do_nordeste/)

Dit museum geeft uitdrukking aan het leven van een volk dat, als gevolg van het extreme isolement waaraan dit gebied sinds de nederzetting (vijftiende eeuw) is blootgesteld, een pad vol moeilijkheden heeft afgelegd dat ondubbelzinnig de lokale gewoonten en tradities markeerde. Hier vindt u voorwerpen die worden gebruikt in de landbouw, veeteelt, huishoudelijke taken en religieuze toewijding, met een speciale focus op de traditionele Azoren-keuken, aardewerk en weven.

Museu Nordeste, het museum is ingericht in 2 voormalige woonhuizen uit 1905, ondertussen al meermaals gerestaureerd

Het museum omvat verschillende aspecten, zie https://cmnordeste.pt/cultura/museu-do-nordeste/exposicao-permanente/

een betere keuken

Een opmerkelijke brug uit 1883 overspant in Nordeste een vallei. Naast de beek is een klain park aangelegd, de fontein echter ligt stil (er valt momenteel meer regen dan de fontein zou kunnen spuiten).

 

de brug wordt door de lokale bevolking ‘Ponte dos sete arcos’ genoemd, brug met de 7 bogen

Vanaf nu liggen de uitzichtpunten aan de noordkust, het mooie weer van deze ochtend heeft plaats gemaakt voor een grijze lucht

uitzichtpunt bij Santo Antonio de Nordestiano (uitzichtpunt 10)

 

uitzichtpunt 11, in het noorden is de steilte en de hoogte van de kliffen minder dan langs de oostzijde

 

en verder is er de oceaan, water, water en nog eens water, voor meer dan duizend kilometer zonder land. Te begrijpen dat de vuurtoren die we aan de oostkust zagen, zo belangrijk was voor de navigatie zonder moderne apparatuur

uitzichtpunt 12

 

hier staan enkele grote witte lelies

 

ondanks de steeds meer donkere lucht, toch nog uitzicht … de wolken hangen hoger

de eerste druppels kondigen zich aan

 

uitzichtpunt 13

een Portugese tekst, hier en daar wat verstaanbaar… de betekenis van poëzie is dikwijls moeilijk…

hier en daar is er land onbruikbaar, te ruw ….

nog even de bloemen vastleggen (Take nothing but pictures … leave nothing but footprints …)

uitzichtpunt 14

 

als we heel goed kijken zien we de waterval (salto) rechts, maar niet de moeite om er heen te stappen

 

uitzichtpunt 15

een erg rotsachtige kust richting oost

 

maar onderaan de rots een klein, erg stenig strandje, waar waarschijnlijk nooit een bootje aanlegt)

 

er is hier een ietwat groter watervalletje te zien, 40m hoogteval

het 16de en laatste uitzichtpunt bevindt zich bij het kerkje van Fenais da Ajuda. Het uitzicht is niet bijster veel, het parkje met de toegang tot de (gesloten kerk) is mooi met kleurrijke bloemen

ondertussen regent het al matig, voor de kerk is ook hier een kiosk 

7. Halteplaats Maia

Met gietende regen komen we aan in Maia.  Hier hebben we een huisje gehuurd

de stoep is ook hier zeer smal, dus mooi blijven staan om niet omver gereden te worden ...

Vandaag dinsdag, weer valt tegen. We bezoeken eerst landbouwarcheologie, een voormalige tabaksfabriek waar nu (na jaren verval en geld van o.a. Europa) een tabaksmuseum is.

Hier is Maia was op einde 19de eeuw grote armoede. Wie kon trok naar Canada, de Verenigde Staten, … . Wie kon met moeite overleven. In 1871 opende hier een tabaksfabriek, eigenaar Manuel Bento de Soussa. Later kwam het bedrijf in handen van zijn kinderen en kleinkinderen.
Boeren produceerden tabak, verdienden er wat geld mee, jonge meisjes werkten in de fabriek (6 dagen op de week, 12 uur per dag, en onbetaalde overuren). Wanneer ze trouwden moesten ze voor man en krootrijk gezin zorgen, dus geen inkomen meer. De boer verdiende iets, maar de armoede bleef.

Pas in 1975 kwam hier elektriciteit en de sociale wet op beperking van uitbuiting door arbeid. 5 dagen van 8 uur, op zaterdag nog 4u werken.

In 1988 was de fabriek bankroet en hield op te bestaan (dure machines uit Duitsland, minder consumptie van tabak, concurrentie, …). De machines werden verkocht, het geheel werd een ruïne. Pas in 2004 kwam er beweging en werden de gebouwen gerestaureerd, oude machines werden terug geplaatst, foto’s verschenen, en vele jaren later opende het museum.

Eén dame is hier gids. Haar moeder, nu 95 jaar en totaal dement, werkte hier vanaf haar 14 jaar tot haar 20ste. De dame geeft zeer veel uitleg, in het Engels, ze is erg enthousiast en praat bijna 2 uur aan één stuk, met af en toe een slok water.

In de parochie Maia, in het noorden van het eiland São Miguel, ten oosten van de gemeente Ribeira Grande, bevindt zich het Tabaksmuseum van Maia, een wetenschappelijk en cultureel orgaan van de Santa Casa da Misericórdia do Divino Espírito Santo da Maia, het enige museum in Europa dat zich toelegt op het onderzoek en de verspreiding van de agro-industrie van tabak, vanuit een perspectief van sociale en lokale ontwikkeling. (https://www.redemuseuscolecoesvisitaveisacores.pt/museu/museu-do-tabaco-da-maia/)

We maken met de gidse een wandeling buiten en binnen in de gebouwen.

 

er zijn hier 3 soorten tabak, deze met lichtgekleurde bladeren (75 cm lang), hoge planten en weinig nicotine, levert de beste en duurste kwaliteit tabak

 

de twee andere soorten hebben meer donker gekleurde en kleine bladeren, de planten zijn minder hoog maar het nicotinegehalte is veel hoger. Deze planten werden gebruikt voor de productie van goedkopere (en veel meer ongezonde) tabak

De planten staan hier louter voor de informatie, er wordt hier geen tabak meer geproduceerd

 

reclame uit de tijd om allerlei mogelijke mensen aan te spreken om de geproduceerde sigaretten te kopen en te consumeren ….

 

de oogst van de bladeren gebeurde van mei tot september. Op soortgelijke hoge, houten stellingen werden de geoogste bladeren gehangen om te drogen

 

het verder drogen van de bladeren gebeurde binnen in gebouwen

Hier komt het eerste onderscheid, de beste kwaliteit (lichter gekleurde bladeren) werdt gedurende 12 dagen en nachten bij een temperatuur minder dan 40° C gedroogd. Dag en nacht was er toezicht op de temperatuur, werd het te warm, dan werden boven luiken open gezet

De goedkopere tabak (donkerder gekleurde bladeren) werd gedurende 24u op een temperatuur beneden 60° C gedroogd. Ook hier gebeurde er controle, met luiken

 

door de ruimtes waar de beste kwaliteit ophing, liepen buizen die de warmte van het verbrande hout binnen brachten. Gedurende de 12 dagen werden de drogere bladeren hoger opgehangen, de vochtigere onderaan. Het was hard labeur, en zorgde voor een (veel) hogere verkoopsprijs

 

terwijl in de ruimtes waar de mindere kwaliteit werd gedroogd, overal houtvuurtjes op de grond warmte verspreidden, maar daarnaast ook teer en koolstofmonoxide, stoffen die terecht kwamen in de tabaksbladeren en die nog meer gezondheidsschade toebrachten

Nadien werden de droge tabaksbladeren geperst zodat het volume sterk werd verkleind. Ook hier was een verschil in behandeling

 

de bladeren van mindere kwaliteit werden in een houten kist geduwd, deze werd gesloten en van bovenaf werd er een plant naar onder geschroefd totdat ale de bladeren in een pak samen zaten

 

de geperste bladeren

De duurdere kwaliteit werd ook geperst, hier echter werden de tabaksbladeren mooi gesorteerd en was de pers een betere kwaliteit

 

de goedkopere tabak werd dan in papier (links) verpakt, pakken van 70 kg, 69 kg tabak en 1 kg verpakking. De duurdere kwaliteit werd in jute verpakt, zelfde bruto en netto gewicht

 

de jutezakken werden toegenaaid, hoe de papieren zakken werden toegemaakt weet ik niet

 

op de pakken werden, via een mal en blauwe verf, de gegevens genoteerd

Later werden de pakken, evenals pakken van vreemde origine, verder verwerkt. Mannen droegen deze pakken op hun rug naar de verwerkingsruimte. Daar waren 2 vrouwen die de pakken in ontvangst namen en ze weer openden.

Hier werd er, door de eigenaar, een kwaliteitscontrole uitgevoerd en kreeg de tabak een (soort) keurmerk.
De tabak werd op grote tafels open gespreid.

En wat we helemaal niet wisten: aan de tabak werden stoffen toegevoegd, geur en smaakstoffen, maar ook chemische reagentia. Dat alles werd opgelost in water en over de tabaksbladeren verneveld.

 

enkele producten die (bijna) altijd werden toegevoegd, waaronder honing…

en daarnaast heel wat andere stoffen (dit is slechts een deeltje van de flesjes)

 

de alchemist had een boek waar de mengsels werden genoteerd, doch enkel hij verstond wat er in zijn boek genoteerd was …

De additieven (stoffen die werden toegevoegd) waren afkomstig van een Duits en een Engels labo. Er was o.a. suiker, chocolade, vanille, salpeter, likeuren, … (de meer chemische worden niet bij naam vernoemd) allemaal stoffen die in een mix de aantrekkelijkheid van de sigaret moesten verhogen…. . Op basis van deze additieven kregen de tabak een ‘kwaliteits’naam (!)

Voordat echter de productie gebeurde, werden de ‘smaken’ getest door de werkers in de fabriek en door ‘vrienden’ van het huis….

 

ondertussen kwamen er ook kisten tabak van overzee toe. Deze tabak werd gemengd met de eigen tabak om het eindproduct te ‘verbeteren’

Maar vanuit de douane werd alles nauwlettend in het oog gehouden. De buitenlandse tabak werd opgestapeld in een ruimte waar slechts 2 mensen een sleutel van bezaten en de douane had controle over alles wat er mee gebeurde. Elke keer de deur van het lokaal geopend moest er taks betaald worden, alle acties werden zeer nauwkeurig genoteerd .

Alle tabak werd nadien vermalen en uitgespreid op grote tafels

 

nu moest in 2 controles, door de jonge meisjes, alle onzuiverheden verwijderd worden (witte staafjes). Het eindproduct moest zuivere tabak zijn …. (6 dagen per week, 12 uur per dag, ….)

Nu was het tijd om sigaretten, sigarillos of snuiftabak te maken en te verpakken … . Sigaren, noch pruimtabak werd hier geproduceerd.

 

de zaal waar machines stonden, sommige van deze machines zijn een geschenk van een tabaksfabriek in Ponta Delgada

 

omdat er in die tijd nog geen elektriciteit was, moesten de machines via een generator draaien. Er waren 2 ingenieurs om de generator en al de machines te onderhouden en te herstellen. De handleiding was niet altijd in het Portugees, …

 

deze machine produceerde 3000 sigaretten per minuut, een peulschil met de huidige productie…

Er moest belasting geheven worden op elke pak sigaretten, in de fabriek waren hopen van deze gekochte takszegels voorhanden ….

 

losse tabak werd in grotere papieren verpakt (snuiftabak en tabak om zelf sigaretten te rollen) per 200 of 500g

 

stempels om de verpakking te bedrukken

 

aan de tafels zaten de meisjes handmatig de pakjes sigaretten te vullen, ze te kleven en van een takszegel te voorzien. Afhankelijk van het type tabak was de verpakking aangepast

Nadat de dame ons de lange uitleg gegeven had, ging ze weer naar het onthaal en begon haar verhaal opnieuw.

Ik lees ergens dat vanaf einde oktober tot in het voorjaar het museum gesloten is …

Verder richting westen zijn er nog 2 theebedrijven. Ze maken zwarte thee, één ervan in mindere mate groene thee. Het zouden nog de enige 2 theebedrijven zijn in Europa (ik herinner me niet of we er een gezien hebben op La Réunion)…

het Gorreana theebedrijf is groot en heeft vooral een zeer grote souvenirwinkels. Hier lopen heel wat mensen rond. Het regent hier al pijpenstelen …. . Momenteel is er geen verwerking meer van de theebladeren, eind september is dat proces voltooid.

 

de machines staan er, men kan rondwandelen, er is echter negens een gids, nergens uitleg voorzien.

 

thee wordt nog wel verpakt ….

We hebben echter op Sri Lanka uitgebreid een theebedrijf in werking bezocht, dus we missen niets.

Op het einde van het bezoek kan men thee drinken, groene thee. Niet bepaald de beste die ik al geproefd heb …

het tweede theebedrijf bevindt zich in Porto Formosa ( 6 km van Maia verwijderd)

Dit bedrijf produceert biologische zwarte thee. Het is veel kleinschaliger, er is een film van 5 minuten waarbij men niets nieuws te weten komt, en men krijgt er een grote kop zwarte thee. Beter dan de groene thee is het vorige bedrijf.

 

een deel van hun, in totaal kleine, oppervlakte theeplantage

 

een bronnetje, betegeld (azulejos)

 

romantisch voorgesteld, we weten echter dat het plukken van theebladeren helemaal niet romantisch is …

 

hoe dan ook, zwarte thee is niet mijn favoriete drank ..

 

nog een winkeltje met enkel lokale producten (geen souvenirsupermarkt ‘maded in China’)

’s Middags eten we in een lokaal restaurant ‘Cantinho cais’ vissoep en een soort vispannetje, lekker. Vis komt van de lokale vissers in Porto Formoso.

De volgende dag is het weer beter.  We rijden naar het hoogste bereikbare (met de auto) uitzichtpunt hier in de buurt, Pico do Cavalho, 805 m hoog (het hoogste punt op het eiland is iets meer dan 1100m, maar alleen bereikbaar na een stevige hiking, en met goed weer.

 

hier is de ganse caldeira van Furnas te overzien, met rechts het meer, en centraal het dorp

een mooie ronde vorm, met slechts 1 uitgang naar Ribeira Quente

 

zicht richting noorden, hier is er geen vergezicht

Wanneer we hier enkele uren later weer voorbij komen is het al iets meer mistig en is de lucht grijs.

Een korte wandeling door het steile dorpje, op een moment dat er geen regen is

Het vissershaventje ligt helemaal beneden bij het strandje. We zien enkele kleinere bootjes op de keien liggen

richting west

de kerk van Maia, aan de buitenzijde versierd, binnen zoals elke kerk hier op het eiland

Gelukkig is het vandaag weer mooier weer, de toppen in het binnenland zitten tijdens de voormiddag nog niet in de wolken.

We bezoeken het derde geothermale gebied, ook hier zijn enkele fumarolen, vulkanen, …, Caldeira Velha (oude krater) en Lagoa da Fogo (meer van het Vuur).

 

op de kaart onderlijnd, Caldeira Velha en Lagoa da Fogo

De weg gaat van de noordkust naar de zuidkust, over de centrale hoogte.

Eerst komen we voorbij de geothermische centrales, hier wordt aardwarmte gebruikt voor de productie van elektrische stroom. We vragen het na, een deel van de elektriciteit op Sao Miguel is afkomstig van aardwarmte, een klein gedeelte van waterkracht en nog iets meer van windenergie. Schiet er nog meer dan de helft over, afkomstig van de thermische centrales, op Sao Miguel werkt ze op zware stookolie en produceert 98 MW.

De energieproductie op de 9 eilanden staat los van elkaar, er is geen energieverbinding.

Op Sao Miguel zijn er 2 geothermische centrales (10 en 12 MW), op het eiland Terceira is er één (4 MW). Het windmolenpark op Sao Miguel levert 9 MW, de waterkrachtcentrale levert slechts 1,6 MW. Men is ook bezig om grote batterijen te installeren om stroom tijdelijk op te slaan.

 

foto van één van beide geothermische centrales

 

met het schema van de werking… . Over het algemeen verhoogt de aardtemperatuur met ongeveer 33°C per kilometer diepte. In gebieden echter met vulkanische activiteit is de temperatuur al heel wat hoger, vrij dicht bij het aardoppervlak, en stijgt ze met meer dan 33°C per kilometer.

Bij de Fogo vulkaan wordt het geothermisch gebied op een diepte van 700 tot 800m gebruikt, hier heerst een temperatuur van 220 tot 250°C. Geothermische bronnen zijn diepe gaten die in de bodem geboord worden, en die de hittezone kruisen.
Het hete water komt naar de oppervlakte en wordt naar een warmtewisselaar geleid. Daar wordt de hitte stoom gebruikt om elektriciteit te produceren.
Er kunnen 2 soorten technologie gebruikt worden voor de omzetting van stoom naar elektriciteit
1. De hete stoom doet een turbine draaien, waardoor direct elektriciteit ontstaat
2. Warmtewisselaar waar de hitte van de stoom het verhitten van een andere vloeistof, pentaan, veroorzaakt. Het hete pentaan wordt dan gebruikt om de turbine te laten draaien

Op Sao Miguel wordt elektriciteit geproduceerd via pentaan.

Wat verder bevindt zich de Caldeira Velha. Er bestaat de mogelijkheid om in een kunstmatig bad, onder een warmere waterval, te genieten van het warme water.

 

centraal gelegen op het eiland

 

de paden zijn mooi aangelegd, door de regen van de laatste dagen is alles wat meer glibberig en modderig

 

een (niet warme) waterval

 

een andere waterval, met ‘gewoon’ water

 

en een vallei, midden het gebied …

Caldeira Velha ligt in een oneffen reliëfgebied, omgeven door imposante steile hellingen en heeft een diep ingebedde breukvallei, waar een zone van secundair vulkanisme plaatsvindt, bestaande uit een fumarolisch veld en een ijzerrijke thermale bron. Deze bron stroomt uit een breuk aan de voet van een dikke trachytische (ruw vulkanisch gesteente met een niet zo veel voorkomende samenstelling). lavastroom, momenteel met temperaturen rond de 32 °C, terwijl bij de kleine dam bij de waterval de watertemperatuur tussen 25 °C en 28 °C ligt. Stroomafwaarts bevinden zich thermale baden waar het water wordt verwarmd door de fumarole (tot temperaturen van ongeveer 38 °C), waardoor het mogelijk is om te genieten van een ontspannend thermaal bad.

 

ha, daar is de waterval …

 

… het bad is echter bijna leeg

 

… vergelijk met de foto van het bad op affiches …

Echter, wanneer het veel regent zoals de laatste dagen, wordt de aanvoer van het warme water geblokkeerd en staat de ‘pool’ droog. Dit om te voorkomen dat er massa’s modder van boven, het natuurgebied overspoelen.

Het is een klein, mooi gebied om rond te wandelen, nu is, wegens de overvloedige regen, een deel afgesloten.

 

een hotpool met fumarolen ….

 

… te warm om te baden

 

overal vegetatie ….

Zoals overal hier op Sao Miguel is de plantengroei uitbundig. We lezen op vele plaatsen dat er heel wat invasieve soorten zijn, vooral afkomstig uit Australië. Die zijn echter ingevoerd door de plantkundigen en de tuinders omdat er van nature uit geen hogere plantengroei bestond. De lokale flora bestaat uit kleine struiken.

Er is een informatiecentrum, de bewaker heeft het kennelijk moeilijk om niet in slaap te vallen, hij geeuwt continu.

Hier lezen we dat in Ribeira Grande water ontspringt dat van nature uit koolzuurhoudend is. Dit is water dat gebotteld wordt, van natuur koolzuurhoudend.

In 1563, toen er al bewoning was op het eiland, hebben er meerdere uitbarstingen plaats gevonden in de Fogo vulkaan

 

vrijwel het ganse eiland ligt in het gebied van een of andere vulkaan. We zagen een aantal dagen geleden een info film in Furnas, waar de vulkanoloog vertelde dat de mensen hier leven met en in de vulkaan en al de mogelijke gevaren van dien

Verder is er nog info te lezen over endemische diertjes, vogels, planten en de nood om de landschappen, flora en fauna te beschermen

 

één van de belangrijke endemische vogelsoorten, komt enkel voor op het oosten van het eiland, in de bergen, is de ‘priolo’ (Pyrrhula murina) of in het Nederlands de Azorengoudvink. Toen we op zondag in het gebied voorbij kwamen, was het gesloten en bovendien zat het gebied in een dikke wolk.

 

een vogel die we al frequent zagen, de Turdus merula azorensis, de Azoren Blackbird, een endemische merel

Hogerop komen we 7 uitzichtpunten tegen, waar telkens veel auto’s stoppen, soms geen vrije plaats is, met vooral uitzichten op het kratermeer, de noordelijke en de zuidelijke kust. Het meer ligt min of meer centraal op het eiland. Er omheen is er een natuurgebied dat meer dan 500 ha groot is. Dit natuurgebied komt overeen met het gebied waar de Fogo-vulkaan is ingestort. De Fogo-vulkaan, recenter dan de oostelijke en de westelijke vulkanen is ongeveer 300.000 jaar geleden boven water gekomen. Het gebied er omheen heeft door de lava, de verbinding gemaakt tussen het westelijk en het oostelijke eiland, waarbij Sao Miguel is gevormd. De caldeira zelf is ongeveer 15.000 jaar geleden ontstaan.

Het water van het meer dient voor de watervoorziening van de omgevende gemeentes

 

het eerste van de 7 uitzichtpunten, met een erg toepasselijke naam

naar het noorden zijn er enkele resten van secundaire kraters te zien, de stad beneden is Ribeira Grande, de tweede stad op het eiland

 

de meeste koeien op het eiland zijn zwart-wit, een melkras. Hier enkele pikzwarte koeien…

 

om de verdere noordkust te fotograferen is het niet helder genoeg

het dichtstbijzijnde uitzichtpunt bij het meer

 

het wateroppervlak is een spiegel ….de wanden van de krater zijn erg steil en maximaal ongeveer 150m boven het meer gelegen.

 

op volgende uitzichtpunten op de noordelijke kust, zijn de wolken al te zien die straks de toppen zullen bedekken

 

ook vanuit het zuiden komen wolken opzetten. Aan de voet Ponta Delgada

afhankelijk van onze invalshoek en de stand van de zon is de foto al dan niet waziger …

Hierna rijden we door naar Ponta Delgada, onze oostelijk circuit is rond.

 

Print Friendly and PDF

 

 

 

 

Plaats een Reactie

jacqueline Dag Lou en Stephan.Ik heb er al echt van genoten, temeer daar we er een paar jaar geleden ook geweest zijn . We hebben het wel niet zo uitgebreid bezocht maar sommige beelden wekken wel herinneringen op. Geniet maar verder van al het moois. Groetjes Geplaatst op 20 Oktober 2025
Katrien hoi, weer even kunnen meereizen met jullie! dankjewel; Wat me wel opvalt deze keer dat er weinig of geen beelden van inwoners in voorkomen... Groetjes Geplaatst op 19 Oktober 2025
Cécile Hallo Lou en Stephan Toch wel mooi eiland met veel groen, varens, boomvarens….ook prachtige zeezichten ….. Ipv van z in Azoren zie ik in het portugees een rare C , hoe spreek je dat dan uit? Tabakskweek bestond on Vlaanderen ook, zeker in west Vlaanderen Ik ken niets van de kwaliteit, van chemische toevoegingen nooit gehoord Ook nooit gehoord van centrale die werkt met pentaan , waar halen ze die dan? Invoer en kraken tot gewenste Lengte van de keten ? Geniet van de uitzichten , als het niet alle dagen regent, valt dat daar wel mee, zeker ? Geplaatst op 18 Oktober 2025
Cécile Hallo Lou en Stephan Toch wel mooi eiland met veel groen, varens, boomvarens….ook prachtige zeezichten ….. Ipv van z in Azoren zie ik in het portugees een rare C , hoe spreek je dat dan uit? Tabakskweek bestond on Vlaanderen ook, zeker in west Vlaanderen Ik ken niets van de kwaliteit, van chemische toevoegingen nooit gehoord Ook nooit gehoord van centrale die werkt met pentaan , waar halen ze die dan? Invoer en kraken tot gewenste Lengte van de keten ? Geniet van de uitzichten , als het niet alle dagen regent, valt dat daar wel mee, zeker ? Geplaatst op 18 Oktober 2025
lieve eeckhout In heb weeral een stuk meegereisd! Dank u wel. Tabaksblaren heb ik als kind nog zien hangen drogen aan de afsluiting tussen ons en de buur. Die zorgde zelf voor zijn gerief... Het ziet er een ontspannende reis uit. Geniet ervan! Geplaatst op 18 Oktober 2025

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking