Reisverhaal «het zuiden van Fuerteventura»
Fuerteventura, het oudste Canarische eiland
|
Spanje
|
9 Reacties
27 Februari 2024
-
Laatste Aanpassing 02 Maart 2024
FUERTEVENTURA
1. Inleiding
Dit voorjaar bezoeken we het vierde Canarische eiland, na Tenerife (al heel veel jaren geleden), Gran Canaria (2022), Lanzarote (2023).
Kaart van de Canarische eilanden
Fuerteventura is het op één na grootste Canarische eiland in oppervlakte, nl. 1659 km2. Enkel Tenerifa is nog groter. De lengte van het eiland is ongeveer 100km, de breedte varieert tussen minder dan 5 km tot ongeveer 30 km.
Fuerteventura ligt op iets minder dan 100km van de noordwest Afrikaanse kust.
Er leven ongeveer 100.000 mensen op het eiland, het is met zijn 50 inwoners per km2het dunst bevolkte van de grotere Canarische eilanden.
Geologisch is Fuerteventura het oudste Canarische eiland, zo een 20 miljoen jaar oud. Het ontstond, net zoals vele andere eilanden als een hotspot . Door vulkanische uitbarstingen ‘groeide’ het eiland, eerst onder zeeniveau, later ook boven water. Het grootste gedeelte van het eiland ontstond zo een 5 miljoen jaar geleden. De eerste vulkaan zou een hoogte van meer dan 3000m gehad hebben.
4 à 5 duizend jaar geleden is de vulkanische activiteit gestopt (de hotspot ging steeds meer westwaarts, waardoor de westelijke Canarische eilanden nog onder invloed staan van vulkanisme).
Erosie zorgde en zorgt voor het hedendaagse uitzicht. De hoogste ‘berg’ op Fuerteventura in het zuiden, is nog iets meer dan 800m hoog.
Oerinwoners kwamen vermoedelijk uit Noord-Afrika tijdens het eerste millennium voor Christus. Hun taal was verwant met deze van de Berbers.
Zij leefden van de visvangst, en van de kweek van geiten, vlees, melk en huiden.
Vele zeevarende volkeren kwamen langs en op de eilanden
Jean De Bétancourt, een Normandische veroveraar, nam het eiland in in 1404. Hij stichtte Betencour.
De inwoners werden gekerstend en werden als slaaf naar Europa vervoerd of werden op de eilanden als slaaf gebruikt.
Kapers en zeerovers kwamen regelmatig plunderen en brand stichten. Uiteindelijk werden de Canarische eilanden Spaans grondgebied.
Er is wat landbouw, maar wordt beperkt door het tekort aan water. Geiten zijn het enige vee, het aantal geiten is groter dan het aantal inwoners….
De laatste 50 jaar is toerisme ontstaan, het hoofdinkomen van Fuerteventura.
Tijdens de volgende 3 weken bezoeken we Fuerteventura. We hebben 4 overnachtingsplaatsen zodat de afstanden die we moeten rijden eerder beperkt zijn.
Fuerteventura deze kaart geeft een beeld van gebergtes
Via Madrid komen we aan op Fuerteventura, onze ontdekkingstocht kan beginnen.
De vluchten van Iberia zijn perfect op tijd.
Net zoals op Gran Canaria en Lanzarote huren we opnieuw een auto bij Cicar (Canaria Islands Car). De huurauto kost ongeveer 24€ per dag, incusief totale verzekering
2. Het zuiden, standplaats Costa Calma
Na onze aankomst gaat de rit vanaf het vliegveld 65 km richting zuiden tot net voorbij Costa Calma.
Onze eerste zichten, het landschap is over het algemeen kaal, de bodem bestaat deels uit lava, deels uit zand. De hoofdweg naar het zuiden is geasfalteerd, het zuidelijk gedeelte is een snelweg. Bij de kruispunten heeft men grote rotondes aangelegd, er is immers plaats genoeg.
We zien sporadisch een geit, en verder een schapenboerderij met een groot aantal dieren. Hier en daar zijn er palmbomen aangeplant, af en toe zien we een cactus, ook aangeplant.
In tegenstelling tot Gran Canaria en Lanzarote vinden we hier bijna geen B&B’s. Via booking hebben we een appartementje gehuurd, een van de bijna honderd in een groot complex, gelegen op een steile helling met uitzicht op de kust.
Kaart van Fuerteventura waarop ons eerste verblijf is aangeduid
Zicht vanop ons balkon
Onze slaapkamer
Op woensdag starten we de verkenning van Fuerteventura.
Costa Calma, het kustdorp waar we verblijven, is gebouwd voor toeristen. Grote blokken ‘sieren’ het landschap, tussenin wat winkels waar allerlei te koop is, supermarkten, café’s en restaurants, vooral gericht op Duitse toeristen, surfscholen, fiets- en quadverhuurbedrijven voor groepen onder leiding van een gids, en dies meer. Over de ganse lengte van het dorp is er een park, Canada del Rio, met vooral tamarisken, afgewisseld met andere exotische droogteresistente bomen die allemaal voorzien worden van wat water via leidingen.
enkele beelden van het park
en enkele opvallende bloemen
Ten zuiden van Costa Calma strekt zich een lang zandstrand uit. Bij lage tij is er een strandlagune die door een zandtong afgescheiden is van de zee
We starten de wandeling bij lage tij, richting zuiden. Bij het strand zien we een bord dat verwijst naar de jaarlijkse wereldcup surfen.
een stevige wind is hier normaal!
een groot hotel (Melia) is het enige gebouw langs het meer dan 4 km lange strand bij de lagune
Soms is het zand ietwat stevig om te stappen, soms zakken we tot 10 cm diep en dan lijkt het wat meer op ploeteren. Af en toe moeten we door het ondiepe water.
aan de landzijde van de lagune zijn er stenige heuvels
Het strand is op een paar wandelaars na helemaal leeg.
Wanneer we bijna aan het zuidelijke uiteinde van de lagune komen, na ongeveer 4 km, is er een diepe geul die de lagune laat afwateren naar de zee. Hier eindigt de landtong.
We zien mensen door de geul waden, het water komt heel hoog boven de knie.
wat verder neemt de diepte toe
Hier keren we om terug te wandelen naar ons startpunt.
een meeuw zoekt in de natte bodem naar voedsel
*
Een weg start bij Costa Calma en steekt het nauwste deel van het eiland over om dan verder langs de westelijke zijde van Fuerteventura naar het noorden te voeren.
Na een korte tijd zien we de Atlantische Oceaan en de woeste westkust van het eiland. Hier bevindt zich La Pared, een klein dorpje, met een groot hotel (Wellenkind).
de naam La Pared is bij de eerste rotonde duidelijk aangegeven
Hier zien we campers met Poolse (goedkope overnachtingsplaats voor Polen die hier werken?) en Duitse nummerplaten. Enkele café-bars worden door Duitsers uitgebaat.
Nu het nog relatief lage tij is, rijden we eerst even richting noorden La Pared, naar de Playa La Pared. We kunnen op het strand wandelen, bij hoog tij is er immers geen strand.
Het strand wordt gescheiden van het dorp door de Barranco La Pared, een eerder groene vallei. Bij het strand is de vallei gevuld met zeewater
hier groeit de zoutminnende plant Suaeda mollis
Het strand zelf is deels stenig, deels met zwart en bruin zand bedekt
richting zuiden wordt Playa La Pared door grillig gevormde zwarte rotsen begrensd
richting noorden wordt het einde van dit strandje gevormd door Punta de Guadalupe, een vooruitstekende rots
We wandelen richting Punta de Guadalupe
grote stenen zijn helemaal door de aanhoudende golven rond geschuurd
Dichter bij de vooruitstekende rots, zien we dat de zee een tunnel gevormd heeft onderaan de rots
richting zuiden beuken de golven continu op de hoge rotsen, de erosie gaat al enkele miljoenen jaren door
We klimmen langs een pad omhoog naar de Punta de Guadalupe
zicht van boven richting noorden, het vervolg van de ruwe, meestal ontoegankelijke kust
Hier en daar zien we op de terugweg bloeiende plantjes, kleur in het dorre landschap
Crepis canariensis
De meeste plantjes zijn endemisch, komen enkel op de Canarische eilanden of zelfs maar enkel op Fuerteventura, voor. Ze hebben daarom geen Nederlandstalige naam
Het is maar iets meer dan 1 km naar het dorp La Pared.
De enige noemenswaardige straat, Avenida del Istmo, doorkruist het dorpje. De straat is breed, in het midden is er over de ganse lengte een met palmen begroeid smal park.
er zijn enkele kunstwerken te zien, sommige in metaal, andere in witte marmer
en oleanders en bougainvillea’s
Op het einde van de weg zijn er meerdere wandelpaden richting kust. Naar het zuiden toe begint het grote natuurgebied, Parque Natural La Jandia.
Ook hier weer plantjes met kleurrijke bloemen
Pelargonium capitatum
Reichardia tingitana
wat verder een Turkse tortel (komt ook in België voor)
Een 800m lang zandstrand, Playa del Viejo Rey (strand van de oude koning) strekt zich uit aan de voet van de rotsen, richting zuiden. Hier wappert permanent een rode vlag, enkel surfers en kite surfers mogen in oceaan. Zwemmen is hier levensgevaarlijk wegens onderstromen.
Playa del Viejo Rey, beneden aan een lange trap
We wandelen richting noorden naar de bovenzijde van de rots die Playa La Pared afbakent
hier zien we een invasieve Noordafrikaanse Atlaseekhoorn, het groter aantal diertjes vormt een bedreiging voor zowel de lokale flora als fauna
bovenop de rots is de Punta de Guadalupe weer in zicht
en nu is de uitgeschuurde tunnel ook heel duidelijk te zien
Op de terugweg nog enkele bloeiende planten
Heliotropium bacciferum met zijn kleine witte bloemetjes
Launaea arborescens met gele bloemen en verdikte groene stengels
*
De noord-zuid hoofdweg over het eiland eindigt bij het zuidelijk gelegen dorpje Morro Jable. In tegenstelling tot Costa Calma, woonden hier al mensen voordat het toerisme Fuerteventura had ontdekt.
de huizen in het dorp zijn veelal aan vernieuwing toe…
Net voor Morro Jable ligt Jandia, genoemd naar dit zuidelijke schiereiland van Fuerteventura. Jandia bestaat, net zoals Costa Calma uit vakantiecomplexen en hotels.
kaart van Fuerteventura waar Morro Jable en Jandia zijn aangeduid
Jandia en Morro Jable zijn opvallend groen…
Tijdens onze wandeling komen we verschillende kunstwerken tegen, het eerste is van Manrique, de kunstenaar-architect uit Lanzarote
dit kunstwerk heeft de titel Fobos, hier zorgt de bijna aanhoudende wind voor beweging. Fobos werd voor 250.000 euro gereconstrueerd
Dichtbij is er het skelet van een potvis (Physeter macrocephalus), ongeveer 15m lang, afkomstig van een bijna 16,5 ton zwaar dier. Deze potvis strandde in 2004 bij Costa Calma. Deze dieren leven tussen de Canarische eilanden, kunnen tot 2u onder water blijven tot 2000m diep. Ze voeden zich met inktvissen . Deze potvis zou een natuurlijke dood gestorven zijn
de vuurtoren Faro del Matorral is een saaie betonnen constructie
hoog boven de hoofden zit dit beeld op een metalen constructie
2 roggen
en de kop van 2 rammen
een zeeschildpad. Op het schiereiland Jandia komen zeeschildpadden hun eieren afleggen
de jonge zeeschildpadjes die net uit het ei vrij gekomen zijn, kruipen diezelfde nacht nog richting oceaan
Een lang en breed strand bij Jandia en Morro Jable trekt op dit moment zeer veel, vooral Duitse, gepensioneerden.
Tussen de brede weg met veel parkeermogelijkheden, en de zee is er een beschermd natuurgebied. Regelmatig wordt dit gebied overspoeld door zeewater. In dit ecosysteem komt een vijftal soorten zoutminnende planten voor
Arthrocnemum macrostachyum is een matvormende plant die goed gedijt in de getijdezone. Deze plant bloeit tussen april en juni met heel kleine bloemetjes
en af en toe deze bessendragende Heliotropium bacciferum . Het is geen typische zoutminnende plant
een eind verder is er een verzameling bloeiend riet
De enige dieren die we hier zien zijn de invasieve eekhoorntjes
Daarnaast zijn hier enkele soorten vogels
de Hadada Ibis (Bostrychia Hadedash) is van oorsprong uit het gebied ten zuiden van de Sahara, een ingevoerde vogel op Fuerteventura
een jong van de Kleine Zilverreiger (Egretta garzetta)
bovenop een cactus zit de koereiger(Bubulcus ibis) te genieten van de vruchtjes
Het zand op de stranden is niet afkomstig van de Sahara maar bestaat uit kalkachtige overblijfselen van mossels, slakken en kalkwieren. De resten kwamen ooit terecht op de zeebodem en werden daar tot kleine deeltjes afgebroken.
We wandelen verder naar Morro Jable. Aan de landzijde van de weg zijn er souvenirwinkels, juweliers, eet- en drinkgelegenheden, daar achter grote toeristische complexen.
Wat verder verlaat de promenade de doorgaande weg (die eindigt bij het haventje van Morro Jable), richting strand. Overal zijn er struiken aangeplant met kleurrijke bloemen. Zitbanken zorgen voor de nodige rustpauzes voor mensen die moeilijker stappen.
In het centrum van Morro Jable zijn er beelden van belangrijke figuren voor het dorp te zien
Willy Brandt, de voormalige burgemeester van Berlijn én bondskanselier kwam hier in 1971 met zijn familie. Hij had licht en warmte nodig om te genezen. Op dat moment was hier nog helemaal geen toerisme. Om in Morro Jable te komen werd hij per helikopter vanaf de luchthaven, aangevoerd. Er was toen nog geen weg die het centrum van het eiland met het zuiden verbond.
De komst van Willy Brandt was de start voor toerisme , niet alleen voor Morro Jable, maar voor het ganse eiland. Het beeld toont naast de man ook zijn hond Bastiaan
homage aan de vissersvrouwen, (soms tevergeefs) op uitkijk of hun mannen nog niet terug keren
Het lange strand eindigt bij een rots. We klimmen goed aangelegde trappen op met enerzijds uitzicht op het strand en aan de andere zijde uitzicht op de haven.
het strand
de haven
In de haven liggen vissersboten, er komt somt een veerdienst en zijn er wat particuliere jachten te zien.
Maandag zullen we in de haven de ‘kliniek voor zeeschildpadden’ bezoeken. Hier worden zeeschildpadden die stranden op Fuerteventura, of verzeild geraken in netten van vissers, verzorgd en nadien terug in zee uitgezet.
Van op de mirador, het beste uitzichtpunt zien we enkele dolfijnen tuimelen en springen
*
Het meer westelijk gedeelte van het schiereiland Jandia is natuurpark, Parque Natural Jandia
kaart van het schiereiland Jandia. Et gedeelte tussen de westkust en de in het wit aangeduide wegen behoort tot het natuurpark
Er is geen geasfalteerde weg in het gebied. Autoverhuurbedrijven verbieden om er met de gehuurde wagens te komen. Niemand controleert dit, maar mocht er een ongeval of een panne zijn, dan moet de huurder de kost volledig betalen. De verzekering komt dan immers niet tussen.
Er rijdt echter wel een bus, wat meer rammelend dan de gewone lijnbussen en met verstevigde assen. Twee maal per dag doet de bus de rit op en neer, duurtijd 3u45 van Morro Jable tot terug in het busstation van Morro Jable
22 zitplaatsen en 8,7€ per rit
We hadden gepland om twee maal naar dit gebied te komen en er telkens een wandeling te maken. Het weer is echter heel winderig en het gebied is een troosteloze steenwoestijn waar heel weinig leven mogelijk is.
De foto’s hieronder zijn genomen vanuit de hobbelende bus, dus de kwaliteit is er naar
De rit gaat eerst naar Cofete, een kleine nederzetting. Meer dan 100 jaar geleden leefden hier (minder dan 20) boeren die graangewassen en dierenvoer kweekten. Maar door de aanhoudende droogte hadden zij jaar op jaar zo weinig opbrengst, waardoor ze het hier voor bekeken hielden.
Nu verblijven hier nog minder dan een handvol mensen. Elke regendruppel moeten ze opvangen, een kleine windmolen zorgt voor de energie. Het uiteinde van de wereld …
landschap
een ideale plek om een geleide quadexcursie te maken …. Sommige volwassenen hebben ook een speeltje nodig …
de weg zelf ligt er hard bij, heel frequent rijden er zware machines over om steenslag te verwijderen
De route gaat over de bergen, bij de bergpas (op het kaartje met een geel zonnetje aangeduid) zien we de westkust van Jandia
Wat later komt Cofete in beeld
De bushalte is bij het strand van Cofete, de meeste mensen stappen hier uit
hier ligt ook het kerkhof van de nederzetting. De stoffelijke resten werden niet naar Morro Jable gebracht, te omslachtig…
De bus keert terug door het dorp naar de wegsplitsing, iets meer dan 8 km verder
nog enkele beelden van Cofete…
net buiten het dorp zijn de moeizaam aangelegde terrassen voor de landbouw, nog te zien
Bij de wegsplitsing rijdt de bus naar de zuidwestelijke punt van Jandia
we zijn nog met 3 mensen op de bus. De derde passagier, een Duitser, zal te voet terug keren naar Morro Jable, een op en neergaande tocht, iets meer dan 20 km verder. Een deel van deze wandeling gaat over de GR 131, die het eiland van zuid naar noord doorkruist over een lengte van meer dan 100 km
naast gehuurde auto’s en busjes met toeristen, zien we ook nog geleide jeeptochten…. Alles langs dezelfde weg
Net voor het einde van de weg is er nog een vissersdorpje El Puerito of Puerto Cruz. Hier wonen nog mensen
ook hier is de enige energievoorziening een windmolen
ook hier een beeld, een visser die in het water een inktvis doodt …
enkele beelden van het vissersdorpje
na een kwartiertje rustpauze vertrekt de bus weer voor de 1u45 minuten durende terugweg via Cofete naar Morro Jable
Het absolute einde is de Faro de Jandia. Hier kan men één vakantiewoning huren per week …
De geologie van dit gebied …
De onderzeese vulkanen, die vele miljoenen jaren geleden zijn uitgebarsten zijn nadien bedekt met kalkoverblijfselen van zeedieren
Door het opstuwen van dit onderzeese gebergte is het eiland ontstaan.
miljoenen jaren geleden is dan de erosie begonnen, waardoor er zowel kalksteen (licht gekleurd) als resten van vulkaangesteente (donker gekleurd) aan de oppervlakte liggen
*
Vandaag trotseren we de wind om de smalle landengte van Pared over te steken. In rechte lijn is Fuerteventura hier 4 km breed
Op deze kaart is de oversteek in groen omcirkeld
Omdat er sinds een tiental jaar een snelweg rond Costa Calma gebouwd is, moeten we de enige mogelijkheid om in het natuurpark te komen, nl een tunnel onder de snelweg, gebruiken
Na de tunnel onder de snelweg komen we in het natuurpark Jandia terecht
op het bord staat vermeld welke paden er met gemotoriseerd mogen gebruikt worden. Er worden op deze paden georganiseerde excursies toegelaten
Op Route You heb ik de wandeling, zoals ze in het Rother wandelboekje is aangeduid, uitgestippeld. De paden zijn redelijk goed zichtbaar, af en toe echter is er een zijpad of een pad dat de wandeling kruist. De weg stijgt weinig en heel langzaam, de bodem is ofwel erg zanderig (zoals in de duinen), ofwel stenig, ofwel rotsbodem.
in het begin erg zanderig
Voordat we op het (relatief laag) hoogste punt komen zijn alle planten droog, dor, geen groen, geen bloem
stenen en zand gemengd
en op het plateau is al het zand van de rotsbodem weggeblazen door de altijd aanwezige winden
Er is hier een groot windmolenpark, een groot gedeelte van de energie wordt hier geleverd door het grootste windmolenpark van de Canarische eilanden
enkele grote zwarte raven leven in dit gebied. Wanneer we ’s middags even een boterhammetje eten komt er een erg dichtbij, de dieren vinden hier waarschijnlijk niet genoeg voedsel…
lopen we nog op het juiste pad ?
wat later kruisen we de GR 131, het grote routepad dat van de meest zuidelijke tot de meest noordelijke puntje van Fuerteventura voert. De GR 131 loopt hier kaarsrecht
DE GR loopt nagenoeg evenwijdig met de (lage) hoogte tussen de oostelijke en de westelijke zijde van het eiland.
Nadien dalen we weer, erg langzaam. Nu zijn planten wat groener, minder dor, en hier en daar bebloemd
Ononis hesperia, een plant die goed gedijt op zandige bodem
Launaea arborescens heeft geen blad, maar eerder vlezige stengels, een plant die vooral op stenige en rotsbodem te vonden is
en dan de blazenplant, kleurrijk maar voorlopig nog zonder bloemen
bij de laatste kruising zijn we dichtbij de westkust genaderd, wat er komt zien we echter nog niet
Heliotropium bacciferum groeit hier in het duinenzand
een zandige vallei afdalen gaat snel,
de vele voetsporen wijzen ons de weg…
Het pad loopt verder op een plateau een viertal m boven de huidige zeespiegel.
richting zuiden, zeer sterk geërodeerd
richting noorden, op het eerste zicht een ander beeld, minder dramatisch …
waar wij lopen is er kalksteen, daaronder echter, waar de kalksteen weggeschuurd is, komt de lavasteen tevoorschijn
voor ons zien we de meest grillige vormen waarbij het zeewater de kalksteen beetje bij beetje heeft opgelost…
rechts kalksteen
links de golven die alsmaar verder zorgen voor erosie …
mensen bouwden hier een bescherming tegen de wind, zo is het mogelijk om toch op het strand te overnachten (tenten zijn immers verboden…)
na een tijdje is de erosie minder spectaculair, nog verder verspert een ros tot in de zee de mogelijkheid om nog verder langs het strandplateau te gaan
We keren op onze stappen terug, de terugweg is dezelfde als de heenweg
misschien hebben de raven de slak uit deze schelp wel verorberd…
af en toe zwaaien met de wandelstok naar de raaf ... beter dan een hap van de sterke bek ...
zolang we ons brood eten, blijft de raaf in de buurt, ze komt zelfs dichterbij …
nog een laatste zicht op de kust …, daarna keren we terug
naast erosie zorgt de wind ook voor golven op het (kalk)zand…
Een mooie wandeling met vooral aan de westkust woeste uitzichten, veel mooier dan het zuiden van het natuurpark, waar we gisteren waren …