Reisverhaal «noord Mauritius»

de Mascarenen | Mauritius | 2 Reacties 20 Oktober 2022 - Laatste Aanpassing 27 Oktober 2022

II.d. het noorden van Mauritius

Donderdag rijden we naar het noorden. Vanuit Henrietta gaan alle wegen door het dicht bewoonde noordelijke gedeelte van het hoogplateau (Plaine Wilhem genoemd). Tot het einde van de 19de eeuw was hier enkel woud. Beneden aan de zee, waar zich ook de huidige hoofdstad Port Louis, bevindt heerste er malaria en cholera, met regelmatig uitbraak van epidemien.

Wie het zich kon veroorloven verliet de kustvlakte en bouwde een huis in de hoger gelegen regio’s. Er ontstonden steden. Om de mensen dagelijks voor hun werk naar de lager gelegen hoofdstad te vervoeren werd toen een spoorlijn gebouwd.
Daardoor verhuisden nog meer mensen naar hogerop. De steden breidden uit en momenteel vormen ze één grote aaneenschakeling met meer dan 350.000 inwoners.
Sommige steden worden vooral bewoond door de middenklasse, Phoenix is bewoond door arme mensen, terwijl in Floreal de happy few en expats wonen in riante villa’s met mooie tuinen.
Later werd de spoorlijn weer afgebroken. Daardoor ontstond (en is er nog steeds) een continue file in beide richtingen. De hoofdwegen gaan door de steden van de middenklasse

(kaart waarop hospitalen vermeld staan) het ovaal geeft het dicht bewoonde gebied weer

Sinds enkele jaren bouwt men een moderne tramlijn die nergens met het verkeer interfereert. Maar de files zijn er nog steeds. De tramlijn heeft de naam ‘Metro Express Mauritius. We kunnen de stellen niet fotograferen omdat het spoor meestal niet zichtbaar is voor ons). De totale lengte van het spoor zal 26 km bedragen, de aanleg gebeurt door een Indisch bedrijf? Voor de start was er samenwerking met Singapore

De metro-express (foto https://en.wikipedia.org/wiki/Metro_Express_(Mauritius))

Mensen in een rolwagen kunnen perfect de metro express gebruiken. Of ze gemakkelijk op de perrons geraken is een andere vraag.

We tjokken verder ....
Onze gemiddelde snelheid is ongeveer 18 km per uur. De wegen gaan door de stadjes op de hoogte, overal veel mensen, bussen die om de haverklap stoppen, verkeersomleidingen, auto’s die gewoon op de weg geparkeerd staan …. Geduld en ogen overal helpen om hier door te geraken.

Via Port Louis, al even druk, komen we dan uiteindelijk weer in veel minder bewoond gebied aan de noordkust. In Pointe aux Piments hebben we ons verblijf gereserveerd voor de volgende 8 dagen

op de kaart is Pointe aux Piments met een pijl aangeduid

We overnachten in Hotel Villas Mon Plaisir. Toeristen komen hier om aan de zee te zitten, aan het zwembad, te snorkelen en ander moois te ontdekken.

We zijn hier om het noorden van Mauritius te bezoeken

Port Louis heeft verschillende bezienswaardigheden. We starten een de Waterfront Caudan.

Port Louis is, zoals de naam het zegt, een havenstad, en tegelijkertijd ook de hoofdstad van het land met meer dan 150.000 inwoners, de grootste stad.
De stad is gesticht in de 17de eeuw door de Nederlanders als Noordt Waster Haven (nee, geen typfout), in 1722 veranderden de Fransen de naam in Port Louis, naar de toenmalige Franse koning, Louis XV. De Fransen gebruikten de haven als tussenstop op hun vaart tussen Marseille, via Kaap De Goede Hoop (Zuid-Afrika) naar Azië.
Vanaf 1869, opening van het Suez-kanaal, waren schepen uit Frankrijk, Engeland, .. veel sneller in het Verre Oosten.  Het belang van de Marascenen als tussenhaven was er niet meer.

Kaart van de haven van Port Louis. De haven ligt in een diepe inham beschut van de zee. Het huidige waterfront is met een pijl aangeduid

De aanblik van het Waterfront Caudan is totaal verschillend van wat we al kennen op Mauritius. Moderne gebouwen, musea, restaurants, winkels, een groot wandelgebied, dat alles netjes onderhouden. Enkele beelden

overal zitten mensen in allerlei huidskleuren, van arm tot beter begoede

naast alle vaste eetgelegenheden zijn er ook voedselstalletjes, hier met Luikse wafels ….

en soms zijn er muzikanten die optreden

in één van de gebouwen van het Waterfront is het consulaat van België, van Nederland en van Spanje, allemaal in eenzelfde gebouw

Vanaf het Waterfront hebben we zicht op dit deel van de haven. Aan de overzijde bevindt zich een zeer groot gebouw in bakstenen met kleine raampjes. Het is de historische Graanopslagplaats

gebouwd begin 20ste eeuw door de Britten, een oppervlakte van meer dan 8.000 vierkante meter, dus bijna een hectare groot

De Britten wilden ervoor zorgen dat geïmporteerde goederen op een goede manier werden opgeslagen. Dit gebouw moest ervoor zorgen dat het ingevoerde graan niet ten prooi viel aan ratten en ander ongedierte, die daarbij nog heel wat ziekten overdragen op de mens. Gebouwd naar voorbeeld van opslagplaatsen in de haven van Liverpool.

hier is ook een windmolen te zien, gebouwd in 1736 om de ingevoerde tarwe te malen. De Britten vormden het gebouw om tot een herkenningspunt om signalen te geven. Volledig gerestaureerd in 1998

We bezoeken als eerste het Blue Penny Museum. Het bevindt zich iets noordelijk van de Waterfront In een mooi gebouw. Helaas mogen we binnen geen foto’s maken

Het museum bevat een groot aantal zeekaarten van ontdekkingsreizigers die Mauritius (of La Réunion, of Madagascar) hebben getekend. Verder gaat het ook over de geschiedenis van de postzegel. In Mauritus werden immers al zeer vroeg postzegels uitgegeven en in gebruik genomen.

De eerste duizend postzegels uit 1847 werden gemaakt door een Britse uurwerkmaker en juwelier. Hij heeft de koperen plaat gegraveerd om deze postzegels te drukken. Hij drukte ze stuk voor stuk af, 500 van 1 pence en 500 van 2 pences. Maar hij had een fout gemaakt, normaal moest er op een zijde staan ‘post betaald’, maar de man maakte ervan ‘post office’. Deze postzegels zijn miljoenen waard bij verzamelaars. Er bestaan nog enkele afgestempelde, en enkele nog niet afgestempelde.

Bij het noordelijke uiteinde van de haven bevindt zich Aapravasi Ghat, Unesco Werelderfgoed.

Na de afschaffing van de slavenhandel had men in Mauritius (en op vele andere plaatsen ter wereld) arbeiders nodig om o.a. te werken in de suikerrietplantages.
(Volgende tekst https://whc.unesco.org/en/list/1227/)
Aapravasi Ghat – 1.640 vierkante meter groot – ligt in het district Port Louis. Hier begon de moderne diaspora van contractarbeiders. In 1834 koos de Britse regering het eiland Mauritius uit als het eerste gebied voor ‘het grote experiment’ om gebruik te maken van ‘vrije’ arbeidskrachten in plaats van slaven. Tussen 1834 en 1920 kwamen bijna een half miljoen contractarbeiders uit India naar Aapravasi Ghat om op de suikerplantages van Mauritius te werken of om overgebracht te worden naar andere landen. De gebouwen van Aapravasi Ghat tonen de eerste expliciete manifestaties van een mondiaal economisch systeem en van een van de grootste migraties uit de geschiedenis.
Het depot werd in 1849 gebouwd om contractarbeiders uit India, Oost-Afrika, Madagaskar, China en Zuidoost-Azië te ontvangen om op de suikerplantages van het eiland te werken als onderdeel van het 'Grote Experiment'.
Het succes van het 'Grote Experiment' op Mauritius leidde vanaf de jaren 1840 tot invoering van hetzelfde systeem door andere koloniale machten, wat resulteerde in een wereldwijde migratie van meer dan twee miljoen contractarbeiders, waarvan Mauritius bijna een half miljoen ontving.
De gebouwen van Aapravasi Ghat behoren tot de vroegste expliciete manifestaties van wat een mondiaal economisch systeem zou worden. De Aapravasi Ghat-site staat als een belangrijke historische getuigenis van contractarbeid in de 19e eeuw en is het enige overgebleven voorbeeld van deze unieke moderne diaspora. Het vertegenwoordigt niet alleen de ontwikkeling van het moderne systeem van contractuele arbeid, maar ook de herinneringen, tradities en waarden die deze mannen, vrouwen en kinderen met zich meedroegen toen ze hun land van herkomst verlieten om in het buitenland te gaan werken en vervolgens nalieten aan hun miljoenen van afstammelingen voor wie de site een grote symbolische betekenis heeft.
De setting van het pand werd veranderd door de aanleg van een weg die het doorsnijdt. Op dit moment overleeft minder dan de helft van het gebied van het immigratiedepot zoals het in 1865 bestond. De originele structurele sleutelcomponenten staan echter nog steeds overeind. Deze omvatten de overblijfselen van de loodsen voor de huisvesting van de immigranten, keukens, toiletten, een gebouw dat wordt gebruikt als ziekenhuisblok en een zeer symbolische trap van 14 treden waarop alle immigranten een voet moesten leggen voordat ze het immigratiedepot betreden.

Niet hetzelfde, maar toch een evenknie van Ellis Island in New York. Verschillend omdat de Indiërs hier kwamen om te werken, niet om te immigreren, waardoor ze niet op dezelfde manier gecontroleerd werden.
Vele Indiërs die hier kwamen werken hebben nakomelingen, vijfde generatie, mensen die nu staatsburger zijn van Mauritius
De gastarbeiders die hier aankwamen bleven 48 uur in het complex, tijd om aan alle nodige administratie te voldoen.
Dit systeem van invoering van arbeidskrachten hield in 1920 op te bestaan. De gebouwen werden later gebruikt als kantoor en in 1960 werd de site verlaten. De gebouwen geraakten in verval, het grootste gedeelte werd vernietigd om een snelweg en een busstation aan te leggen. Het busstation kreeg de toepasselijke naam ‘Immigratie Busstation)

een klein gebouw van het gebied. Hier bevindt zich een klein museum, maar is vandaag op zaterdagnamiddag gesloten

op het einde van de weg, bij de zee, bevindt zich de toegangstrap

het gebied ziet er nog altijd verwilderd uit.

Naaste buur is al even verwilderd. Hier bevond zich het Militair Hospitaal, gebouwd tussen 1736 en 1740 door gouverneur Mahé de la Bourdonnais. De architectuur is typisch voor de gebouwen uit de 18de eeuw met muren uit basalt (zwart vulkaangesteente) en een dak dat een mengsel is van kalk, gebakken stenen en andere toevoegingen.
Het hospitaal was in gebruik tussen 1740 en 1890 en gekend onder de naam ‘Koninklijk Hospitaal’ in de Franse periode en ‘Militair Hospitaal’ gedurende de Engelse periode. In die tijd was het hospitaal modern en had 300 bedden. Zowel kolonisten, soldaten, slaven, vrije slaven als ingevoerde en lokale arbeiders werden er verpleegd.

er hangt een bord boven de toegang dat hier het Museum van de Slavernij zou zijn, maar dat blijkt al lange tijd geleden gesloten te zijn

het voormalige postgebouw, nu postmuseum. De post was bij de haven, hier kwam de overzeese post toe en vertrok ze met schepen, die maanden onderweg ware

De Waterfront is van de rest van de stad afgesneden door een soort snelweg. Gelukkig is er een tunnel onder de weg gemaakt, netjes onderhouden

We wandelen richting Port Louis Markt. De gebouwen zijn in 2004 helemaal vernieuwd. De markt bevindt zich een gebied met vuile en vervallen gebouwen. Op straat zien we vooral armere mensen en Afrikaanse winkeltjes.

een beeld van het straatleven

eerst is er de groenten- en fruitmarkt

er zijn verkopers die sinaasappels, appels, peren, druiven, granaatappels … verkopen. Dat fruit ziet er mooi uit, het is ingevoerd van Zuid-Afrika.

Ander fruit zoals mango en ananas is klein en ziet er te rijp uit. Dat is lokaal fruit

de specerijenhandelaars willen ons van alles verkopen. Ze laten ons ruiken. Ze verkopen o.a. saffraanpoeder, alleen ruikt het poeder helemaal niet naar saffraan. Ik vraag hem of het kurkuma is, hij laat me dat ook ruiken, de geur verschilt maar heel weinig ….

de vleesmarkt is opgesplitst in verschillende gebouwen. Moslim en Hindoe eten geen varkensvlees, katholieken en Chinezen wel. Schapenvlees is vooral voor de Moslim. Kip wordt dan weer door meerdere mensen gegeten

We houden een babbel met een slager. Hij verkoopt rundsvlees. De levende runderen komen van Australië, Zuid-Afrika, Kenia, .. per schip naar Mauritius. Hier worden ze dan geslacht en verkocht

geen beetje vlees wordt verspild, de koeienkop wordt nog van al wat eetbaar is ontdaan

De verschillende vleeshallen worden zeer net onderhouden, er hangt niet de minste geur ..

poten, magen, vel en alle organen worden gekuist, verkocht en gegeten

we zien vooral tonijn in de vishal. Misschien ligt er ’s morgens meer vis

De vishandelaar vertelt ons dat haai in de diepvriezer zit. We maken met hem een korte leuke babbel, haai is immers te gevaarlijk om zomaar op de plank te leggen ….

verder wordt er ook heel veel kledij verkocht

… en op de bovenverdieping allerlei voor toeristen

Wat verder, net buiten het centrum, komen we bij de Jummah moskee. Het is een grote moskee die een ganse blok bezet. De moskee werd gebouwd in 1850 en later uitgebreid. Het is een wit gebouw met veel versiering en mooie deuren, ingelegd met ivoor. Het is de meest indrukwekkende moskee van het land

het is nu vrijdag middag. Mannen haasten zich naar binnen voor het vrijdaggebed, sommigen in traditionele kledij, ander en maatpak, andere in meer sjofele kledij. Bedelaars worden echter niet toegelaten

een uur later is er weer minder bedrijvigheid, de meeste mensen zijn weer weg

Zaterdag komen we hier terug langs. Bij de toegang blijven we staan, we zien binnen een man en we doen teken of we mogen binnen komen. Geen probleem. De man is erg vriendelijk, vertelt ons waar we kunnen kijken en ook dat we foto’s mogen nemen. Hoofddoek en dergelijke zijn hier niet nodig, schoen mogen aan blijven. Enkele foto’s

prachtig gebeeldhouwde toegangspoort

mooi beeldhouwwerk en ramen in gekleurd glas

We wandelen verder

we komen in China Town. Plots zien we heel wat Chinezen.

We stappen een Chinees restaurant binnen, lekker en niet duur

Daarna wandelen we terug centrum. Na even komen we in de betere straten. Hier bevindt zich het regeringsgebouw

 

de foto wordt genomen tussen de tralies van de omheining door

bij de straat , voor het gebouw, is er nog een standbeeld van Queen Victoria

Next door, het Mauritius Instituut, gebouwd tussen 1880 en 1884. Hier huist op de verdieping de Raad van de staatsmusea

Op de gelijkvloerse verdieping is het Natural History Museum gehuisvest. Het is lang gesloten gebleven en sinds een drietal jaar weer geopend. Het museum is niet modern, we zien er opgezette vogels, opgezette (of afgietsels) van vissen en andere zee-organismen, wat opgespelde insecten en vlinders… . Toegang is gratis.
Een zaal gaat over uitgestorven soorten, vooral de Dodo, het nationaal symbool.

een uniek skelet van de Dodo

Naast het skelet heeft men enkel wat tekeningen uit de tijd toen de vogel nog leefde …

een idee hoe de vogel er zou kunnen uitgezien hebben.

De Dodo was, net zoals andere vogels op ver afgelegen eilanden, een vogel zonder vleugels. Vermits deze vogels op hun eilanden geen natuurlijke vijanden hadden (voor de mens kwam) is de evolutie tot een vleugelloze vogel een succes geweest. Nadeel, mensen, ratten en ander ongedierte kom de vogel gemakkelijk vangen of de eieren opeten, waardoor de meeste onder de vleugelloze vogels nog enkel een herinnering zijn ….

Naast het museum is er een park. Men is er echter aan het werk, renoveren, dus gesloten.

het gesloten park

over de omheining zien we de zeer grote Bayan bomen (Ficus benghalensis) is geen zelfstandige boom

De Banyan boom is een vijgenboom, die groeit op andere bomen en ze uiteindelijk wurgen. De luchtwortels hangen naar beneden en geven de boom een typisch uiterlijk. Deze hangende wortels worden uiteindelijk ook stammen waardoor één boom een grote cluster van bomen kan vormen, tot 200m diameter. De vijgen worden gegeten door fruit-etende vogels, de zaden komen terecht in de uitwerpselen. In een woud komen de meeste uitwerpselen niet op de grond, wel op bomen terecht

Terug bij ons verblijf, we parkeren de auto voor de deur, boven het strand

Richting zuiden, dit is richting bergen zien we nog een aantal gebouwen. Eerst komen we bij de gemeentelijk schouwburg

het gebouw moest er uit zien zoals een Victoriaanse opslagplaats, gebouwd in 1822. Het zou het oudste theater zijn in het gebied van de Indische Oceaan

Volgens de reisgids zou de inrichting zijn zoals een theater in Londen. Het gebouw is ook nog gebruikt als opera, maar sinds 2008 gebeurt er nets meer mee.

Iets verder aan de overzijde van de straat, bevindt zich het gemeentehuis, gebouwd in 1965 als vervanging van een koloniaal gemeentehuis. Er was toen een toren die gebruikt werd door de brandweer. Toen bestond de stad immers vooral uit houten huizen

niet het mooiste stadhuis

Wat verder komen we voorbij het Hooggerechtshof, verstopt door een binnenhof met bomen

Hooggerechtshof op de achtergrond

Volgend gebouw is de bisschoppelijke kathedraal, de Sint Louiskathedraal, gebouwd tussen 1752 en 1756 voor de katholieke bevolking. Voordien behoorde Mauritus tot het aartsbisdom Colombo (hoofdstad van Sri Lanka). Eerst was hier een klein kerkje, maar 20 jaar later werd het al verbouwd tot een soortgelijk gebouw als het huidige. Slaven hielpen hierbij. De fundamenten echter waren niet stevig genoeg, dus er moest opnieuw gebouwd worden in 1920

Gedurende de slavernij periode werd de begrafenis van slaven in de kerk niet toegelaten. Ze kregen de zegen op het plein voor de kerk (staat er niet ergens in de bijbel geschreven ‘bemin je naasten zoals jezelf????)

voor de kathedraal is er een parkje

katholieke kathedraal

eenvoudig interieur

Er is op het plein voor de kerk een fontein in de vorm van een obelisk. Hier kwam water toe vanuit de bergen via een watertoren. Voordien moesten slaven bijna een kilometer verder water halen voor hun meesters

Enkele huizenblokken verder komen we bij de Anglicaanse kathedraal Sint-James, gebouwd in 1828. Hier was een Frans buskruitmagazijn, de muren ervan zijn de muren van de kathedraal 2 tot 3m dik.
Ze is pas gerestaureerd

het interieur van de Sint-Jameskathedraal

We wandelen nog even verder richting bergen, we komen bij de Champ de Mars, de paardenrenbaan. Een groot gebied waar, buiten het regenseizoen, op zaterdag paardenrennen met alles erop en eraan wordt georganiseerd.
We komen bij een toegang, voor iets meer dan een euro kunnen we binnen. Opmerkelijk, enkel mannen moeten betalen, vrouwen krijgen gratis toegang.

het is vandaag zaterdag, de rennen zelf starten pas over anderhalf uur

De aanloop naar de rennen geeft een mooi beeld van hoe mensen met hun geliefde (kijk)sport omgaan. Het is een sociaal gebeuren

Uiteraard is de club van de paardensport door de Engelsen opgericht in 1812.

de club gesticht in 1812 PLC organiseert nog steeds de rennen

een eerste monument hier is opgericht voor de viering van 50 jaar onafhankelijkheid van Mauritius in 2018

een eind verder staat King Edward VII op een sokkel

en helemaal op het einde van de toegangsweg is er een obelisk gebouwd op het graf van gouverneur Malartic, de eerste Britse gouverneur

We keren terug en we gaan het plein op van de paardenrennen. Rechts zijn de goed onderhouden stallen. Deze ochtend werden de renpaarden aangevoerd, nu kunnen ze nog wat uitrusten voor ze in actie moeten treden

de paardenstallen zijn streng beveiligd, we kunnen er niet in, zelfs niet op het einde, om een foto te maken

We wandelen wat rond, hier en daar een foto

jockeys zitten klaar om straks hun paard te berijden

een tribune voor de trainers

wie de rennen centraal wil bijwonen moet ‘casual’ gekleed zijn

wie een toegangsticket koopt krijgt een dik boek waarin voor elke ren al de paarden zijn vermeld…. informatie voor de weddenschappen ….

op het gebied van de renbaan, maar zonder ticket zijn zeer veel mensen, de meeste zijn er om te wedden… wie weet winnen ze een grote som …

de bookmakers doen goede zaken. Op een computerscherm staan voor de eerstvolgende rennen de namen van de paarden vermeld waarop kan gewed worden 

wie minder geld te spenderen heeft kan inzetten op vogelpick

Maandag 24 oktober is in Mauritius een van de feestdagen. Elke godsdienst krijgt per jaar 2 feestdagen, die dan een vrije dag voor alle mensen is. Maandag is het Divali, een groot Hindoe feest, waarbij Goed overheerst boven kwaad, Licht boven duisternis gevierd wordt. In feite wordt er het ganse weekend gevierd.

Op de paardenrenbaan wordt vandaag, zaterdag, ook al een beetje gevierd

We keren terug richting haven. Niet ver van de renbaan zijn er een Chinese pagodes, de oudste dateert van 1895. Het zijn vooral nakomelingen van de Kanton Chinezen (Kanton ligt in het zuiden van China, dicht dus bij de zuidelijke havens)

in vergelijking met de pagodes in China stellen deze niet veel voor. Te begrijpen want het geld kwam van arbeiders in de suikerrietplantages, hun loon was zeer gering

De wijk waar we doorwandelen bestaat uit eerder armoedige huizen afgewisseld met eenvoudige stenen gebouwen

Via de waterfront keren we terug naar de parking. 

Vandaag zondag. Geen verre uitstappen, niet ergens aan zee, niet in de plantentuin… overal veel families die gaan picknicken.Het Mauritius Aquarium kunnen we bezoeken, hier dichtbij. Het Aquarium echter bestaat niet meer..Een andere mogelijkheid is een natuurgebiedje waar trekvogels richting zuiden even halt houden. We hadden de wegwijzer er heen gisteren al ergens zien staan. Maar waar…?We vragen het aan een taxichauffeur die samen met een collega bij een duur hotel zit te wachten op klanten. De man is vriendelijk, hij legt het ons goed uit.De weg langs de kust, we zien de zee hier niet, huizen en tuinen tot aan het strand verhinderen een doorkijk, lijkt ons nogal lang te zijn. We komen voorbij een politiekantoortje, dus daar even vragen.Ook hier een zeer vriendelijke man. Hij zegt echter dat het absoluut niet aan te raden is om naar het gebied te gaan. Hier in de omgeving immers zeer veel ongure individuen, die zelfs voor een kleinigheid inbreken in een auto of mensen van een leeftijd zoals de onze (zo zegt hij het) zouden bestelen. De man is zelfs verwonderd dat we geparkeerd staan en al de deuren geopend zijn.Zijn boodschap is: ‘je komt naar Mauritius voor het mooie en het goede, blijf hier maar beter uit de buurt’ (we zijn dichtbij de haven en de stad Port Louis). Mochten we toch gaan, dan zou hij ons straks wel terug zien om een inbraak in de auto of een diefstal te melden. ‘Heel veel goede mensen in zijn land, maar er zijn er ook andere’ ….Stephan gaat op het strand wandelen en met een glasbodembootje van het hotel mee . Tijdens de voormiddag door de bodem kijken, tijdens de namiddag snorkelen..... tenzij het regent of er veel wind waait. Het regent, dus geen snorkelen. Ook maandag namiddag geen snorkelen wegens teveel wind.

Maandag verkennen we de noordwestkust van Mauritius, langs de kust

Het eerste (publiek) strand hoort bij het dorpje TrouauxBiches. Volgens de overlevering was hier een klein water waar een hinde dagelijks kwam drinken. Zoals overal langs de kust liggen er in zee grote en kleinere lavablokken, die erg puntig zijn. Daarom wordt aangeraden om badschoeisel te dragen. Hier en daar is er een smal zandstrand, soms met aangevoerd zand.

Wat verder komen we in Mont Choisy. Het strand is hier lang, we stoppen op verschillende plaatsen

Op Mauritius zijn er wellicht evenveel straathonden dan inwoners … althans zo lijkt het toch

Mont Choisy heeft een beschermde baai. Rechts op de foto wordt de baai afgesloten door een landtong die een kaap vormt, Cannonier Point. Op de kaap zelf kunnen we niet komen, het strand hier is in privaat eigendom

direct naast het strand zijn er aanplantingen met o.a. casuarine . Deze boom heeft naalden, het is echter een loofboom

De bomen zijn al erg hoog, ze geven veel schaduw en er is geen onderbeplanting. Ideaal dus om op een vrije dag als vandaag te komen picknicken. Vandaag maandag is Divali, een officiële feestdag, feest van het licht.

hele busladingen mensen komen naar hier

ze hebben vouwstoelen, picknick, speelgoed, … mee

hier en daar zien we dat er een tent(je) opgezet wordt, soms om een klein kindje te slapen te leggen

en natuurlijk zijn er ook verkopers die allerlei strand- en ze-attributen verkopen, voor het geval mensen iets vergeten hebben...

Daarnaast staan er om de haverklap stalletjes die voedsel (gefrituurd) en allerlei sappen en drankjes verkopen

wat een mooi zicht, maar kijk goed vooraan op de waterlijn, rommel, plastiek flessen, glas... bij elke plek waar we halt houden hetzelfde ...

en of we overal vrij zicht op de zee hebben ?helemaal niet. Op veel plaatsen staan er private villa’s, hotels, … huizen … aan de kust. Hierdoor rijden we dikwijls gewoon tussen muren die de villa’s afschermen van de buitenwereld

De volgende grote baai is Grand Baie.

Kaart Grand Baie bij verschillende uitzichtpunten lijkt het zelfs een binnenmeer te zijn, geen opening naar de zee te zien

op sommige plaatsen is er een gebied afgebakend waarbinnen mensen in het water kunnen. Bootjes moeten buiten deze zone blijven

Nog verder is het strand van Péreybère, hier is het veel rustiger

een familie zit allerlei lekkers te verorberen

hier zien we het eilandje ‘Le Coin de Mire’ heel duidelijk, een van de vele eilandjes dichterbij of verder van de kust van Mauritius

Coin de Mire heeft een speciale vorm, de rotspunt is 163m hoog. In feite is het oude vulkaankegel bestaande uit basalt. Het eilandje is, net zoals vele eilandjes, beschermd natuurgebied. Toeristen zijn er niet welkom. Men heeft allerlei invasieve dier- en plantensoorten weggeruimd (zoals bvb ratten) en endemische soorten naar het eiland gebracht zoals zeevogels en reptielen. Sommige soorten zin echter ondertussen al uitgestorven.Daguitstappen met een catamaran komen langs het eiland zodat vogels kunnen gezien worden (met een goede verrekijker). Meestal wordt hier gesnorkeld

een enkele inwoner verdient hier nog de kost met vissen

Bijna aan de kaap bevindt zich een grote begraafplaats, onderverdeeld in gebieden volgens de godsdienst waartoe de gestorvenen behoorden

Uiteindelijk komen we bij de noordkaap van Mauritius, Cap Malheureux. Hier landden de Britten in 1810. Cap Malheureux ligt op 22km van de hoofdstad Port Louis (die 22 km gaan echter veel en veel trager dan 22 km in België).Misschien komt de benaming van de slag die de Fransen hier moesten ondergaan, meer waarschijnlijk heeft de naam echter te maken met de vele schepen die hier in de buurt zijn vergaan ten gevolge van sterke onderstromingen in de zee (in feite de Indische Oceaan)

Kaart van het noordelijk uiteinde van Mauritius met aanduiding van de dichtst bijgelegen eilanden.

Coin de Mire ligt bvb op 4 km van de kaap. Îlot Gabriel is geen natuurgebied. Hier komen nogal wat bootjes toe tijdens het weekend, de rust is daar niet te vinden. Luide muziek, een kakafonie van vele mp3 viert er hoogtij

Het bekendste zicht van Cap Malheureux is het kerkje Nôtre Dame Auxiliatrice, een Rooms-katholiek kerkje

achter het kerkje op het strand zijn er nu heel wat toeristen. Een visser probeert iets te verkopen. 

Ook hier wordt gewaarschuwd voor inbraak en gauwdiefstal. Al die rijke toeristen trekken mensen met minder goede bedoelingen aan...

een Mangrovereiger (Butorides striata) hoopt iets van de visser te kunnen meepikken

aan de horizon zijn verder gelegen eilandjes te zien. De wolken trekken echter toe, enkele minuten later zien we ze niet meer

nog een laatste zeezicht, het vervolg van onze uitstap gaat nu het binnenland in

de Grote Textorwever is hier ook van de partij

Op de terugweg bezoeken we ChâteauLabourdonnais, gebouwd in 1859 door een Engelse suikerbaron. Het huis heeft nog de inrichting zoals weleer, maar de familie heeft het vervallen gebouw in 2006 volledig laten restaureren. Het ganse gebied hier rond is aangebouwd met suikerriet. Naast de huidige rumstokerij is er nog een mooie tuin waar een groot aantal mangosoorten zijn aangeplant, het zijn al oude, machtige bomen

suikerriet. Vroeger was hier ook een suikerfabriek, nu is er nog enkel rumfabricatie

één van de vele mangosoorten

Heel veel uitleg op borden en bordjes, zowel in het Frans als in het Engels. Ik bespaar jullie de ganse geschiedenis

de toegangsdreef tot het kasteel is omzoomd met mangobomen

het kasteel op de achtergrond

zelfs de ingelegde houten vloeren zijn helemaal gerestaureerd

de eetkamer

Waarschijnlijk woonden de eigenaars ergens anders. Ik kan me moeilijk voorstellen dat ze in dit huis 8 kinderen hebben grootgebracht

zelfs de taferelen met de herten zijn met speciale technieken als papier van de muur gehaald, helemaal gerestaureerd en weer als behangpapier aan de muur bevestigd

helemaal rondom het huis, zowel beneden als boven is er een breed bordes. Ruimte genoeg om buiten te zitten

boven is er een kamer ingericht als slaapvertrek. In een aantal andere kamers is er een tentoonstelling georganiseerd ivm de familie

het design van het textiel van de chaise Longue is identiek aan dat van het behangpapier

vanop de buitengaanderij boven zien we de schouw van de voormalige suikerfabriek

wanneer we weer buiten gaan door de hoofdingang is het opgehouden met regenen 

op het einde van de wandeling door de plantentuin komen we bij de distillerie. Een zeer hoge destillatietoren staat buiten het gebouw

Bij ons toegangsticket is drankdegustatie inbegrepen. Ik proef 2 vruchtensappen, één mis van o.a. ananas en mango, de andere van papaja. Stephan proeft enkel soorten rum

Door het binnenland zijn we nu niet ver meer van ons verblijf.

Wanneer we ‘s avonds terug keren van een restaurant (het is 18u30) zien we heel veel licht. Huizen zijn versierd, op de grond staan kleine lampjes. We kunnen nergens stoppen om een foto te nemen (er zijn in de dorpen geen parkeerplaatsen). Dus enkele van internet gehaald

File:Mauritius Divali Diwali Lighting and Decorations 2010.jpg - Wikimedia Commons

Mauritius heeft zijn plantentuin, Sir Seewoosagur Ramgoolam Botanic Garden. Even de geschiedenis ervan in een notendop.
In 1735 kwam gouverneur La Bourdonnais . Het eiland was helemaal niet georganiseerd, iedereen deed zowat waar hij zelf zin in had. De nieuwe gouverneur organiseerde alles en maakte van Mauritius een voorbeeld.
De man verafschuwde het stikkende, zwoele klimaat van Port Louis. Hij liet een nieuw paleis bouwen, wat meer in het binnenland. Château Mon Plaisir werd nu zijn nieuwe woonplaats. Op de gronden liet hij een grote groenten- en fruittuin aanleggen.

het volledig gerestaureerde kasteel Mon Plaisir


Om de slaven van voedsel te voorzien liet hij maniok (cassave) invoeren. Daarnaast voerde hij ook de teelt van enkele kruiden in, kaneel en peper. Het geheel leek eerder op een plantage.
Zijn opvolgers waren in feite de stichters van de Plantentuin. Zij lieten planten van alle kontinenten aanvoeren, planten welke in een soortgelijk klimaat groeien. Vooral specerijen en kruiden, bloemen en waterplanten, fruitbomen werden in de grote tuin aangeplant.
Het monopolie van Holland (Vereenigde Oost-Indische Companie) op de kweek en vooral de verkoop van muskaatnoot, kruidnagel en peper, werd te niet gedaan omdat deze specerijen in grote massa werden aangeplant. (exotische kruiden brachten immers op de Europese markten grote winsten op)

Tijdens deze periode werd de plantentuin meermaals uitgebreid. Later werden hier orchideeën gekweekt voor dezelfde Europese markten.

Al het werk werd door slaven uitgevoerd, elk had wel zijn eigen specialisaties. Twee slaven kenden zoveel van de planten dat ze zelfs werden ‘uitgeleend’ aan Frankrijk …...

Maar vanaf 1810, toen de Fransen werden verjaagd, werd de botanische tuin verwaarloosd. Pas in 1849 kwam de tuin weer in de belangstelling. Een hele verzameling palmen werden er aan toegevoegd. Suikerriet kwam in de belangstelling (ook hier werd veel geld mee verdiend). De tuin werd nu een onderzoekscentrum voor de verschillende soorten suikerriet wereldwijd.
Later voerden de Britten enorme massa’s eucolyptus in. Eucalyptus heeft de eigenschap om zeer veel water te verbruiken voor zijn groei, hierdoor kon men de moerassen droog leggen. In die moerassen immers legden tropische muggen hun eitjes af, waardoor allerlei ziekten (zoals malaria) aan banden kon worden gelegd.

In 1945 en in 1960 hebben 2 grote cyclonen de tuinen verwoest. Maar door het goede klimaat (warmte en veel water) kwamen vele planten er vanzelf weer bovenop.
Met hulp van China ontstond in 1995 een afdeling met geneeskundige planten.

In 1988 kreeg de plantentuin zijn huidige naam, als eerbetoon aan de stichter van Mauritius, Sir Seewoosagur Ramgoolam (hij maakte Mauritius onafhankelijk van Engeland, hij was zeer geliefd bij de verschillende geledingen in de Mauritus-maatschappij)

afbeelding van Sir Seewoosagur Ramgoolam

hij werd hier in de tuin verast, zijn assen zijn nadien uitgestrooid in de Ganges rivier in India

We wandelen in de tuin rond, er is geen parcours voorzien, wel een goed plan dat we bij de kassa kunnen meenemen. De tuin is 37,5 ha groot, we zijn er enkele uren zoet mee.

de hoofdingang wordt niet voor bezoekers gebruikt. Hier staat een mooie smeedijzeren afsluiting …

 … na Divali komt kerstmis …, alle religieuze hoogtijdagen worden hier gevierd (voor de katholieken is dat alle jaren kerstdag en daarbij afwisselend het ene jaar 15 augustus, het andere jaar 1 november …)

bij de officiële ingang is een Baobab (Adansonia digitata) te zien, een boom afkomstig uit Zuid-Afrika.

de stam van de baobab is opgezwollen doordat veel vocht wordt vastgehouden. Daardoor kan de boom langere tijden van droogte overleven

vele lanen zijn voorzien van rijen palmen

er staan bomen tot 300 jaar oud, hoog, met allerlei vervormingen in de stam en takken …

bomen met enorme plankwortels

vergelijk met de grootte van Stephan

hier en daar wat kleur van bloemen. De overgrote meerderheid bloeit echter in het regenseizoen (januari-maart) . Wat niet wil zeggen dat het nu niet af en toe regent …

de Reizigerspalm, een invasieve soort die men moeilijk kan uitroeien

ongelooflijk, welke verschijningsvormen palmen hebben. Komt voor endemisch op de Mascarenen

bladeren en vrucht wat dichterbij van deze Pandanus utilis. De vruchten zijn eetbaar, maar niet smakelijk

de vruchten van de Leverworstboom (vergelijk de vorm), (Kigelia africana). deze boom komt enkel in tropisch Afrika voor. De vrucht kan tot 7 kg wegen en is giftig

er is aan de Leverworstboom nog één enkele bloem te zien. Het Grijze Mauritiusbrilvogel(tje) is net zoals een kolibrie bezig met nectar te zuigen bij Trompetbloemen (en orchideeën)

heel wat mangobomen

Wat een biomassa aan hout, het is de vraag welk hout tot de boom, welk hout tot de liaan behoort ???

bloemen van de Frangipani, worden in de hindoewereld zeer veel gebruikt voor kransen en versieringen. Ze zijn ook van belang voor de parfumindustrie. In de Aziatische wereld wordt ze daarom ook wel de Tempelboom genoemd ( Plumeria rubra). De plant is echter afkomstig van Centraal-Amerika

enkele kleine exemplaren van de Parasolwaaierpalm (Corypha umbraculifera)

Deze palm groeit langzaam en kan tot 25m hoog worden. Na 50 tot 70 jaar pas bloeit de palm, slechts 1 maal in zijn leven. Er komen dan tot 50 miljoen (!) kleine bloemetjes, die heel wat kijklustigen aantrekken). Een jaar later rijpen de vruchtjes, niet elke bloem wordt een vruchtje. Per palm kan er zo een 2.000 kg aan vruchtjes aanwezig zijn. Daarna sterf de Parasolwaaierpalm af.

heel hoog boven onze hoofden zien we bij de grootste palm al de takken waarop de bloemetjes zullen komen

Zou je hier alleen komen om de vorm van de bladeren te ontdekken, je zou hier vele uren bezig zijn …

allerlei herdenkingsplaten, borstbeelden en standbeelden herinneren aan de mannen die van belang waren bij het ontstaan en het uitbreiden van de plantentuin

door de tuinen stromen beekjes

er zijn heel wat kunstmatig aangelegde vijvers. Deze heeft eilandjes waar bezoekers geen toegang op krijgen en vooral vogel een rustig bestaan kunnen hebben

Waterhoen (Gallinula chloropus) kennen we van zowat overal ter wereld, ook in België

twee vijvers zijn voorzien voor de lotusbloemen. Een witte lotusbloem staat open

in deze vijver komt de Victoria amazonica voor, er staat vandaag één bloem open. Deze bloemen zijn al na 48uur totaal verwelkt, dus we hebben geluk

hier in bomen hangt de Zwarte Vleehond (Pteropus niger), endemisch op Mauritius, een zeer grote fruit-etende vliegende vos

grote spinnen (naar onze normen, in de tropen zijn er nog veel grotere zoals de vogelspin)

Terug in het hotel

elke nacht horen we de gekko geluiden maken, zo worden insecten in toom gehouden ….

En als laatste nog enkele beelden van de ondergaande zon, eerst achter een grote wolk, dan komt ze er onderaan tevoorschijn, om weer deels bedekt te worden voor ze in de zee ondergaat

Dinsdag is de enige dag van ons verblijf aan de noordkust in Pointe aux Piments waarbij we de zon (min of meer) zien zakken in de zee…… . Ook voor snorkelen met de gids van het hotel zijn er geen mogelijkheden. Elke dag of regen, of teveel wind. De enige mogelijke dag, dan heeft de man vrijaf …

Dichtbij de plantentuin ligt Beau Plan, de voormalige suikerfabriek. De activiteiten hier zijn gestopt in 1998, het bedrijf is overgenomen door Bellevue Harel, nu Terra genaamd.
Hier en daar wordt nog suiker geproduceerd, het meeste suikerriet echter gaat naar de rumfabrieken.

De voormalige suikerfabriek van Beau Plant is, in tegenstelling tot vele andere, nooit helemaal afgebroken. De schouw en vele machines zijn gebleven. Hier is nu een mooi museum met heel wat uitleg ‘L’Aventure du sucre’.

het eerste zicht wanneer we de auto geparkeerd hebben

we komen aan om 9u30, nog een half uur te vroeg. Dus tijd om even rond te wandelen op het domein

de spoorwegen zijn hier ooit aangelegd om het duikerriet te vervoeren, dus een locomotief en enkele wagons misstaan hier niet

er zijn enkele variëteiten van Hibiscus, ze staan nu in bloei

een groot aantal variëteiten van suikerriet staan hier langs de toegangsweg. Vele soorten zijn omwille van commerciële redenen verdwenen, maar het wetenschappelijk instituut heeft ze door terugkruising opnieuw tot leven gewekt

Suikerriet werd door de Nederlanders vanuit Java ingevoerd. Nadien zijn nog vele andere soorten van verschillende plaatsen ter wereld op Mauritius binnengebracht. Elke suiker- en rumfabriek heeft zo zijn eigen rassen suikerriet in gebruik.

we kennen kristalsuiker, bloemsuiker, kindjessuiker en donker bruine suiker. Hier echter zijn meer dan 12 soorten suiker (geen grote kristallen, noch klontjes). De verschillende soorten zijn hier voorgesteld in een grote glazen fles.

Ongeveer de helft van de soorten hebben we geproefd, het grootste gedeelte is echter om te verwerken tijdens het koken of bakken, ….

in de bijhorende winkel staan ook alle soorten rum die het bedrijf maakt, te koop aangeboden.

allerlei andere, voor toeristen aantrekkelijke, zaken gevuld met snoepjes en ander suikergoed

en de verschillende soorten suiker in potjes

wat later lezen we in het museum een tabel met de temperaturen van de suikersiropen voor welbepaalde toepassingen

De winkeltjes zijn open voordat het museum opent, we wandelen nog wat rond op het domein van ‘L’Aventure du sucre’

genieten jullie mee van de kleurrijke bloemen

en tussen de bladeren zit een vogelnestje verstopt, een nestje van een wever

Het is 10u, het goed georganiseerde en attractieve museum, met heel veel informatie,

opent. We komen in de grote hal, die deels nog essentiële onderdelen van de suikerfabriek bevat

de haven wordt voorgesteld. Hier werd de suiker overgeladen om naar Europa vervoerd te worden

een model hoe schepen op een bepaald moment volgestouwd werden met suiker, specerijen …, om in ongeveer 6 maanden later in Europa aan te meren (er moest gebruik gemaakt worden van de juiste winden om de zeilschepen in de juiste richting voort te bewegen

de grote piramide op de achtergrond stelt de berg suiker voor die in bulk werd aangevoerd door de treinen om nadien opgeschept te worden en in het ruim van het schip vervoerd te worden

ecologisch … niets van het suikerriet gaat verloren. Enerzijds wordt er suiker en rum gemaakt , de suiker kan omgezet worden tot bio-brandstof, de afval van de stengels kunnen gebruikt worden als meststof op de velden

Opmerking van ons: bio-brandstof is niet ecologisch. Enerzijds worden op de wereld enorme oppervlaktes aan oerwoud gerooid (oerwoud neemt toch heel wat CO2 uit de lucht op), om daarna op de grond of suikerriet te planten of (Indonesië, Maleisië) oliepalmen in de plaats te zetten. Hierbij wordt de opgenomen CO2 door deze planten, terug verbrand en komt er evenveel CO2 terug in de atmosfeer. Netto resultaat: verlies aan CO2 opname door de oorspronkelijke bossen.

Mensen zijn al sinds hun bestaan aangetrokken door zoet (de 3 andere smaken zout, zuur en bitter hadden veel minder of geen aantrekkingskracht. Planten en vruchten leveren zoet: Canada heeft zijn ahornsiroop, bijen produceren honing voor de nectar van bloemen om te zetten, er is het zoete sap van palmen en er is het suikerriet. Wat hier op dit moment niet vermeld is, is de suikerbiet

we komen aan de voet van de schoorsteen. Om een foto te kunnen maken is er een spiegel geïnstalleerd

net voor we weer in de hal terecht komen, staan we ver genoeg om met een breedhoeklens de schouw op een foto te krijgen

De start van het gebruik van Mauritius om Franse schepen bij hun tussenstop van vers voedsel te voorzien, was zeer moeilijk, zo lezen we …

La Bourdonnais, de man die Mauritius goed organiseerde en de start gaf voor meer welvaart

Slavenhandel was al een tijd aan de gang

er werd zelfs een reglement opgesteld waarbij de rechten (die er helemaal niet waren) en de plichten ivm de handel en het in bezit hebben van slaven, werd geregeld

Echter de handel in slaven kon maar plaats vinden doordat de stamoversten in Afrika, mee werkten om dorpelingen te verhandelen.

Een product waar de stamhoofden heel tuk op waren, waren parels, Venetiaanse glasparels

de slaven werden per boot vervoerd, opgestapeld in het ruim … en percentage overleefde de tocht niet

schepen voeren nooit leeg. Kostbare goederen werden vanuit de kolonie naar Europa vervoerd, schepen werden geladen met ruilwaar voor Afrika, die dan meegevoerd werden naar het land van herkomst van de kostbare goederen

slaven hadden veel meer taken dan de prentjes die ons werden voorgeschoteld

Even een korte bedenking
Het beeld dat de wetenschap in die tijd ophing was: enkel het blanke ras (men sprak van rassen) was superieur. Afrikaners werden zelfs niet aanzien als mens…
Hitler kwam opnieuw op de proppen met deze visie …..
en is de het huidige uiterst rechtse gedachtengoed niet hetzelfde ???

in het begin van de 19de eeuw werd de handel en het bezit van slaven verboden. Hier, op de eilanden Mauritius en La Réunion -toen nog Bourbon genoemd, heeft men de slavenpraktijk nog 17 jaar volgehouden. Slaven waren immers goedkope werkers, en op het veld en in de fabrieken had men zeer veel werkende handen nodig

Aziaten, vooral Indiërs werden aangetrokken om, onder contract, gedurende 5 jaar op de eilanden te komen werken…

de manier waarop Indiërs werden gerekruteerd veranderde in de loop der jaren, gaande van weinig verschil met de tijd van de slavenhandel tot een iets betere begeleiding

in dat kader zagen we in Port Louis nog enkele resten van het depot, te vergelijken met de aankomst op Ellis Island

gaandeweg hadden eigenaars van de bedrijven meer oog van het welzijn van de Indiërs


Rond de suikerfabriek ontstonden dorpen waarbij alle mogelijke beroepen werden uitgevoerd. Ook het gebruik van eigen gewoontes, religiebeleving … kon verder gaan. Na 2 generaties waren de gastarbeiders geneutraliseerd tot Mauritianen

Het vervolg van het museum gaat over de techniek om uit suikerriet, suikerkristallen te produceren. Telkens wordt de verbetering van de techniek ook uitgelegd en geïllustreerd met tekeningen en beeldmateriaal

hier een voorbeeld van de aanvoer van suikerriet met paard en kar. Uitleg en foto’s hoe die aanvoer verbeterde

eerst gaat het over technieken en verbeteringen ervan, om zoveel mogelijk suikersap uit het suikerriet te persen

bij elk onderdeel van het proces staat dit bord afgebeeld waarbij telkens het onderdeel is omcirkeld

daarna wordt het suikersap met stoom verhit tot de temperatuur van 72°C

Daarna wordt het sap gezuiverd met o.a. toevoeging van kalkmelk waarbij het sap tot 105°C wordt verhit. Nadien moet de vloeistof verdampen waarbij het aandeel water steeds vermindert.
Niet alle vloeistof kan echter verdampt worden.
De vochtvrije vloeistof wordt opnieuw verwarmd en gecontroleerd afgekoeld. Hierbij worden kristallen gevormd, kristalsuiker

sterk vergroot is dit de vorm van suikerkristallen

En dan is er nog informatie over ‘suiker en gezondheid’. Hier wordt toch wel het een en het ander verzwegen en verdraaid …

hier is vooral veel fake-news te lezen… maar zoals alle fake-news lezen mensen wat ze willen horen en lezen, niet wat wetenschappelijk is aangetoond

ook dit bezoek eindigt met proeverijen, eerst van enkele suikersoorten, daarna honing en confituren en uiteindelijk ook weer rum en rumlikeur met smaakjes

Vandaag rijden we naar de noordoostkust van Mauritius, 35km via een combinatie van allerlei wegen.

Door het binnenland, dat wat heuvelachtig is, is het dikwijls mooi rijden. De banen zijn dan omzoomd door oude, hoge bomen die veelal te dicht bij elkaar staan. Eens we de vlakte aan de oostzijde zijn, komen we in het district Flacq. De Hollanders noemden het ‘vlak’, of misschien s er nog een andere verklaring voor de naam

Kaart van Mauritius waarop Flacq is aangeduid

Af en toe zien we links of rechts in de suikerrietvelden een schoorsteen van een voormalige suikerfabriek. Meer dan een schoorsteen is er niet meer.

We volgende weg op een smalle landtong, er is een kleine brug, we komen op een klein eilandje.

Op het eilandje, Île aux Goyaviers, is er een hindoetempel. 

Hier op Mauritius zijn de tempels eerder klein en eenvoudig. De hindoe van enkele generaties geleden, of de eigenaars van de suikerrietplantages van toen, bouwden de tempel.

Wanneer het waterpeil hoog staat is de brug overstroomd. Dan lijkt de tempel drijvend

in deze grote lagune liggen heel wat kleine tot zeer kleine eilandjes, meestal met mangrove begroeid

een eindje verwijderd , op de zuidelijke landtong van de baai, zien we het strand van een luxe resort. Volgens de reisgids heeft elke kamer butlerservice, is er een reuzenspa en een golf met 9 holes (een ander hotel in de buurt is nog veel luxueuzer met een golf van 18 holes…. )keuze te over

even rond de Kashinath Mandir gewandeld

Schoenen uit om binnen in de tempel te gaan. In elke nis zijn er wel één of meer goden te zien, niet zomaar een beeld, maar helemaal versierd

Omdat de hindoe de beelden betasten, staan ze achter glas, dat dan vanzelfsprekend vol vuile vingerafdrukken staat

de god Ganesha is heel dikwijls met een olifantenhoofd afgebeeld (en daarom kan ik de naam onthouden …). Wie meer wil weten over Ganesha https://nl.wikipedia.org/wiki/Ganesha

De verwantschap tussen de goden in het hindoeïsme is al even ingewikkeld als de keizerlijke familie in Oostenrijk

nog een blik op het noordelijk gedeelte van de baai

We rijden wat verder. Plots komen we bij het bezoekerscentrum van het tweede en veel kleinere nationaalpark van Mauritius, Bras d’Eau

dit kleine nationaalpark met heel weinig bezoekers, hebben we links laten liggen. Het wandelpad blijkt geen sterke hoogteverschillen te kennen maar is bezaaid met massa’s rotsblokken.
En .. in een eenzaam park wanddelen is nu niet precies datgene wat we zoeken

het gebied rond het bezoekerscentrum is begroeid met Aurocaria, dat maakt het bos erd donker

Er is een natuurpad van 4 km, en een wandelpad tot aan het strand (7km enkel). In een reisgids lees ik dat het strand nogal verlaten is, hoewel er een weg langs gaat. Bij het bezoekerscentrum is er de ruïne van een oude suikerfabriek en in het bos zijn nog de resten te zien van de oude spoorlijn.

Fransen hebben hier, enkele eeuwen geleden, een put gebouwd rond een bron

de bomen zijn hoog, ze laten weinig onderbegroeiïng toe

Het gebied is pas in 2011 nationaal park geworden, hier bij het bezoekerscentrum wordt het (voor zover wij zien) goed onderhouden.
Even het bezoekerscentrum binnen, er zit een dame die ons uitleg geeft over de wandelingen. Verder is alle info nog zeer goed leesbaar en netjes onderhouden. Het ziet er hier nog veel beter uit dan het bezoekerscentrum bij Black River Gorges Nationaal Park

De rit verder gaat door het binnenland, we steken het eiland opnieuw over. We zien 1 ananasplantage, de ananas van Mauritius een één van het kleine soort, wel zeer sappig

Een groot gedeelte van de gronden in het noorden, noordoosten is landbouwgrond, voor slechts 1 teelt, deze van suikerriet.

waar suikerriet enkele maanden geleden geoogst is, zijn er nu kleine plantjes te zien (suikerriet is een tweejarige plant)

op andere plaatsen zijn de planten (bijna) klaar om te oogsten

Regelmatig zien we langs de weg oude, kleine vrachtwagens rijden naar een suiker- of rumfabriek. Ze zijn beladen met het suikerriet.

waarschijnlijk van kleine landeigenaars, die manueel het suikerriet afsnijden. Bij grote bedrijven wordt er machinaal geoogst een zijn de vrachtwagens veel groter en hoger

(foto https://www.pinterest.com/pin/417708934166200300/)

Bij Poudre d’Or zien we te midden van de velden de kerktoren. Na wat rechts, links, links en nog eens rechts komen we bij het kerkje, nog steeds te midden van de velden. Aan de overzijde van het straatje is de begraafplaats. Het straatje is geasfalteerd tot ier, daarna wordt het aardenweg

de deur van het kerkje is open, maar een stevig traliehek is van hangsloten voorzien

Na opnieuw iets meer dan 30 km, zijn we het eiland weer overgestoken. In Grand Bay parkeren we ons, we gaan te voet verder.

Er zijn op het Mauritius heel weinig parkeerplaatsen. Automobilisten houden halt waar ze moeten zijn, poef op de weg. Dat zorgt er natuurlijk voor dat men nogal wat moet zigzaggen door straten om ergens te komen. Geen enkele automobilist vraagt zich af of er toevallig geen andere auto aan de overzijde van de straat geparkeerd staat. Daarbij rijden er heel veel bussen, die stoppen ook al op de weg, er is geen andere mogelijkheid. Door dorpen en stadjes duurt een rit dus wel wat langer. Gelukkig is het eiland niet groot en zijn afstanden altijd beperkt

we zijn nu in Grand Baie. Alles draait hier op consumptie. Westerse toeristen lopen de ene winkel uit, de andere in, met minstens 1 zak aan gekochte waren in hun hand. Niets voor ons hier

ook hier een hindu-tempel

ook hier weer de beelden verstopt achter een ruit, vol met afdrukken van vuile vingers

ik heb de indruk dat al die poppen dezelfde zijn

de kledij is gemaakt van stoffen die verkocht worden in hindoe-stoffenwinkels (er zijn ook moslimstoffenwinkels, en algemene stoffenwinkels. In de straten van Port Louis zagen we die verschillende stoffenwinkels

En als laatste komen we in Triolet, niet ver van ons verblijf, ook in een hindoe-tempel

deze tempel is kleurrijker

ook hier is Ganesha weer van de partij

We keren terug naar ons verblijf. Morgen trekken we weer richting zuidoosten

 

Print Friendly and PDF

 

 

 

 

Plaats een Reactie

Cecile Hallo globetrotters Wat opvalt is de mix van mensen, de mix van religies en geen onderlinge problemen? Allemaal vreedzaam naast elkaar…….rijk en arm ( of toch criminaliteit, meer dan bij ons?) Genoten van de info bezoek Port Louis, dodo skelet ( grote vogel toch…), paardenrenbaan, divali feest, suiker fabricage…. Speciale palmen, rare bomen, mooie speciale bloemen….. Geniet verder van het avontuur, hier start herfstvakantie, wij rijden met de boys naar Genève Veel gr Geplaatst op 28 Oktober 2022
Cecile Hallo globetrotters Wat opvalt is de mix van mensen, de mix van religies en geen onderlinge problemen? Allemaal vreedzaam naast elkaar…….rijk en arm ( of toch criminaliteit, meer dan bij ons?) Genoten van de info bezoek Port Louis, dodo skelet ( grote vogel toch…), paardenrenbaan, divali feest, suiker fabricage…. Speciale palmen, rare bomen, mooie speciale bloemen….. Geniet verder van het avontuur, hier start herfstvakantie, wij rijden met de boys naar Genève Veel gr Geplaatst op 28 Oktober 2022

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking