Reisverhaal «Colombia: inleiding + info uit 2010»

Colombia | 6 Reacties 10 Februari 2018 - Laatste Aanpassing 10 Februari 2018

1.   Colombia: inleiding

Colombia is het op 3 na grootste land van Zuid-Amerika (na Brazilië, Argentinië en Peru). Het heeft een oppervlakte van ongeveer 1.141.000 vierkante kilometer, zo ongeveer de oppervlakte van Frankrijk en Spanje samen, van (voor de meer oostelijk geöriënteerde lezers) de oppervlakte van Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland samen.

Colombia ligt in de noordwestelijke hoek van Zuid-Amerika. Het grenst aan (startend noordoost en draaiend in wijzerzin) Venezuela, Brazilië, Peru, Ecuador, de Stille Oceaan, Panama en de Caribische Zee. Er zijn grensovergangen met de eerste 4 landen, maar niet met Panama.Zowel aan de Colombiaanse als aan de Panamese zijde bevindt zich hier een vrij ondoordringbaar regenwoud.

Het Andesgebergte dat in het westen van Zuid-Amerika loopt, splitst ter hoogte van Colombia in 3 bergruggen

Verder komen er enkele losse berggebieden voor. De hoogste top is rond 5.700m, in het noordelijke, kleiner berggebied.

Tussen de bergen komen valleien voor met grote rivieren die zuid-noord lopen. Oostelijk van de Andesketens is er een laagland, verdeeld in 2 gebieden: noordelijk de Llanos, 250.000 vierkante km groot, en zuidelijk hhet veel groter Amazonegebied, met een oppervlakte van 400.000 vierkante km. Hier komen rivieren en resten van oude gebergtes voor (de Andes is geologisch van veel recentere datum). Deze beide gebieden zijn zeer spaarzaam bewoond en te bereiken via de lucht en hier en daar via de rivieren.
De rivieren verlopen hier van west naar oost.

Het grootste deel van deze beide gebieden is no-go zone, het wordt nog steeds als onveilig bestempeld.

De gebieden die op die kaart zijn omcirkeld behoren tot de Llanos en de Amazonas.

lichtgroen is de Llanos, donkergroen de Amazonas

Terug naar de kaart met de gebergten. Ten westen van de Andesketens, en begrensd door de Pacifische van Stille) Oceaan ligt de Pacifische regio. Tussen de grens met Ecuador en deze met Panama is er een afstand van meer dan 1.300km. Ook is het gebied bedekt met woud, het hoogste punt is ongeveer 1800m. Er is slechts 1 weg: van de havenstad Buenaventura naar het oosten, het binnenland in. Ook hier is het grootste gedeelte nog steeds niet veilig.

De provincie Choco (geel gekleurd op de kaart) en de westelijke delen van de meer zuidelijk gelegen  provincies, omcirkeld op de kaart, omvatten de Pacifische regio. De populatie is ook hier beperkt.

De Colombiaanse Pacifische regio is op bovenstaande kaart in blauw gekleurd.

De meeste bewoners wonen in beide overige regio's. Het Andes-gebied van ongeveer 25% van de oppervlakte, en 60% van de bevolking. Het klimaat is veel beter op de grotere hoogtes, de mensen wonen in de bergen.

Bogota, de hoofdstad van Colombia ligt op de oostelijke Andes-bergketen, op meer dan 2.600 m hoogte.
De Centrale Andesketen is beduidend hoger dan de oostelijke.

Bogota is rood omcirkeld op bovenstaande kaart, hier leven bijna 10 miljoen inwoners. Medellin met bijna 4 miljoen inwoners ligt iets meer noordwestelijk.

Het Andes gebied is bruin gekleurd op bovenstaand kaartje.

Dan is er de Caribische regio, geel-oranje op de kaart. De afstand langs de kust tussen de grens met Panama en deze met Venezuela bedraagt meer dan 1.700 km. Het gebied heeft een oppervlakte van ongeveer 15% van de totale oppervlakte van het land, er woont ongeveer 20% van de bevolking.

De geschiedenis van Colombia bestaat, net als deze van alle Amerikaanse landen, uit een gedeelte voor de Spanjaarden, en een deel na de aankomst van de blanke veroveraars. Eén cruciale gegeven: onder leiding van de Venezolaan, Simon Bolivar, zijn grote delen van Zuid- en Centraal Amerika onafhankelijk geworden, dus ook Colombia. De grenzen van de landen waren in 1821 bij de onafhankelijkheid, niet dezelfde als de huidige grenzen.


Het grootste deel (meer dan 84%)  van de bevolking is mestizo, ze hebben zowel Indiaanse als blanke voorouders of  ze zijn blank. Slechts 3,4% is volledig Indiaans en meer dan 10% heeft Afrikaanse voorouders.
Er is ook nog een minderheid, minder dan 1%, Roma mensen. Al deze groepen hebben dezelfde (?) rechten, .... Er zijn meer dan 80 verschillende Indiaanse groepen.
Op enkele momenten in de 20ste eeuw, opende Colombia zijn grenzen, voor grotere groepen immigranten, eerst mensen uit Syrië, Libanon en Palestina, later groepen Joden en nog later Japanners.

Meer dan 90% van de bevolking is Rooms-katholiek.

De officiële taal is Spaans. In het land komen echter 68 verschillende talen voor. Op de eilanden San Andres en Providencia is de officiële taal Engels.

2. bezoeken in 2010 (deel 1)

Tijdens de maanden juli en augustus 2010 zijn we in sommige gebieden in Colombia geweest.

Om een meer volledig beeld van het land aan jullie te tonen, geven we hier een eerder kort overzicht van de streken welke we in 2010 bezochten. Dit is een uittreksel van het reisverslag van toen, verschillend van de blogverhalen.

1. Amazone gebied rond Leticia

2. gebied met de Tatacoa woestijn en de archeologische vindplaatsen van San Agustin en Tierradentro

3. het vogelgebied van ProAves in het gebergte bij Santa Marta

4. Bahia Solano aan de Pacifische Kust

5. het vogelgebied Rio Negro bij Manizales

6. de eilanden San Andres en Providencia (gelegen voor de kust van Nicaragua)

Hier volgt een deel van mijn reisverslag van toen (de praktische info is weggelaten) met een gedeelte van de foto's die ik toen maakte.

2.1. Leticia en Amazonas

Leticia kan niet over land bereikt worden. Vanuit Bogota kan je alleen via de lucht geraken. Vanuit Manaus in Brazilië en vanuit Iquitos in Peru kan men via de Amazonerivier per boot naar Leticia varen.

Kaart van Colombia waarop Leticia is omcirkeld helemaal rechts onderaan

Ter plaatse kan men rondtoeren met een taxi, een moto van de voet. Er zijn beperkt wegen, tot ongeveer 18 km ten noorden van de stad. Naar Tabatinga, de zusterstad aan Braziliaanse zijde, kan men rijden, maar ook niet verder. Enkel naar en van Puerto Nariño is er een lijnboot. Verder is er niets dan water en woud.

Kaart van de rivieren waar we op gevaren hebben

Dus voor een bezoek aan het gebied waren we aangewezen op een lokaal reisbureau. We boekten een 8-daagse trip met Amazon Jungle Trips omdat zij het meest flexibel waren in hun aanbod van bezoeken. We hadden op 3 plaatsen een accommodatie, waarvan één op het grondgebied Peru.
De ganse periode hadden we een Indiaanse gids. Hij kende de jungle met zijn planten en dieren door en door. We leerden heel wat van de man.

Wilson, onze gids

De meeste mensen die we in deze 8 dagen zijn tegengekomen, waren Indianen.

We werden in Leticia door de gids Wilson in het hotel opgehaald en naar de haven begeleid. Een gecharterde rivierboot met een Peruviaanse kapitein zou ons vervoermiddel worden voor de volgende 8 dagen.

het haventje van Leticia

"ons' bootje

Er waren een paar bidons drinkwater mee, dat water is in de plaatselijke coca-colafabriek uit Amazonewater geproduceerd - en 2 grote isomodozen met reuzegrote ijsblokken om ons voedsel voor 4 dagen te kunnen bewaren. We voeren stroomafwaarts de Amazone (dus richting Brazilië) en varen wat later de Yavari (zij) rivier op. Omdat we dicht bij het land bleven zagen we bewoners, vogels, dorpen, ... De Amazone wordt hier begrensd door Brazilië en Peru.

de Grijze Dolfijn

De Zacambu lodge, ons eerste verblijf, bevindt zich in Peru op het privé domein van de eigenaar van Amazon Jungle Trips . De gebouwen staan op hoge palen want tijdens het regenseizoen stijgt het waterpeil hier heel veel meter. De Zacambu lodge heeft een aantal kamers, enkele toiletten met rivierwater en een douche ook met rivierwater. Het eten is er lekker, de mensen die de lodge uitbaten waren heel vriendelijk.

Zacambu lodge

ons stulpje

met een mooi kikkertje in het douchelokaal

Tussen 18u en 20u30 producen een generator wat stroom om batterijen op te laden en een lampje te laten branden. De koelkast is een isomobox met de meegebrachte ijsblokken.

Achter de lodge is er een meer, tijdens het droogseizoen verbonden met een brug. In het regenseizoen is de rivier en het meer één. Hier zagen we wat vogels en een drietenige luiaard.

het meer achter de lodge

Grote Kiskadie

Zwarte Gier

Kalkoengier

De volgende ochtend vroeg maken we een kanotocht op het meer. We hebben apen, heel wat vogels en een kameleon gezien.

Gevlekte Baardkoekoek

Zwartstaarttrogon

Amerikaanse reuzenijsvogel

Na het ontbijt verkenden  we de boot de jungle (waar we wandelden), een armmoedig dorp waar naast wat fruit ook de pirarucu (zeer grote vis) werd geteeld.

een pirarucu

Tijdens een wandeling in de jungle van de volgende dag zagen we naast heel wat andere vogels ook een koningsgier. Verder waren er ook kapucijnaapjes.

Moerasbuizerd

Hoatzin

Tijdens de vierde dag keren we terug richting Leticia. Tijdens ons middagmaal in Santa Rosa aan de overzijde van de Amazone op het grondgebied van Peru, keerde de kapitein terug naar Leticia om ijs en voedsel voor de volgende dagen in te slaan. Later voeren we stroomopwaarts de Amazone, nu lang Colombiaanse zijde. Wat ons opviel was de grote houtkap in Peru, Brazilië, maar niet in Colombia. Hier is blijkbaar de wildernis meer beschermd.

overal in Peru en Brazilië wordt hout uit het woud naar de oever vervoerd

om dan op grote schepen weg gevoerd te worden

We hielden halt bij een Indianendorp om te voet verder in de jungle te trekken naar een natuurreservaat. De lokale bevolking verdiende wat geld door alle bagage te dragen.

de bruggen over de rivieren zijn wat anders dan wat we in Europa gewoon zijn

in het water vallen is niet aan te raden

Tijdens de volgende  dag gaan we door het oerwoud, we ontdekken een beetje van de lokale flora en fauna.

een tarantula

zeer grote slangen leven ook hier

de Ceiba, een heilige (zeer grote) boom voor de Indianen, met onderaan grote plankwortels

En tijdens een boottocht de volgende dag zwemmen gedurende ongeveer 1,5u grijze rivierdolfijnen naast het bootje. We bezoeken ook een medisch centrum en een lokaal schooltje.

aapjes worden als huisdier gehouden

De dag nadien bezoeken we een welvarend Indianendorp. Mensen maakten juwelen uit natuurlijke materialen en verkochten ze aan de bezoekers. Hier in de buurt is er een eilandje waar een luxe lodge een concessie heeft. Met hun (al even luxe) toeristen komen ze naar het Indianenstadje om naar de Indianen te staren...

in dit welvarend dorp is het enige voertuig een ambulance

hier komt  de Blauwgele Ara in het wild voor

Later kwamen we een bij een eilandje (in de Amazone) waar grote kolonies apen leven. Een klein deeltje van het eiland kon bezocht worden, met een lokale gids.

Stephan wordt letterlijk bedolven onder de aapjes

Tijdens de laatste dag trokken we vanuit Leticia over de weg wat naar het noorden.  We komen bij een indianendorp waar een vrouw uitleg gaf over de sjamanen, permanent onder invloed van drugs

bij wijze van didactisch voorbeeld was er een cocaïneplant in het tuintje aanwezig 

De foto's geven slechts in een klein overzicht  een beeld van de rijkdom van het Amazonegebied. 


2.2. het gebied van de Tatacoa woestijn en de archeologische opgravingen van San Agustin en Tierradentro

Men moet op een of andere manier in Neiva komen om vandaar een bus naar Villavieja, toegangspoort tot de Tatacoa woestijn, te nemen. Men kan vanuit Bogota per bus naar Neiva.Qua tijd is dit equivalent met het wachten op de luchthaven + de vlucht. Maar de route Bogota-Neiva wordt niet als echt veilig beschouwd. Dus kozen wij om er per vliegtuig naartoe te gaan.

het gebied van de Tatacoa woestijn en de opgravingen

Vanuit de luchthaven van Neiva gingen we per taxi naar het busstation. Die 2 plaatsen liggen nogal een eind van elkaar verwijderd. In het busstation van Neiva zijn er kantoortjes van diverse busmaatschappijen die vanuit Neiva opereren. Wij namen een busje van Cootranshuila. Eens er minstens5 mensen een ticket gekocht hebben vertrekt het busje. Onderweg worden ook nog mensen opgepikt, dan is het geld voor de chauffeur. Het busje rijdt hard door, eerst even de weg naar Bogota en dan een afslag. De eindhalte is het dorpsplein van Villavieja. Hier hadden we geen gids, noch vervoer afgesproken, wel een kamer in de pousada van Moises Cleves. Aan de bushalte stonden enkel mototaxi’s, we gingen niet in op hun eerste reacties, maar stapten even rond. Aan één van de mototaxi’s vroegen we de prijs voor de rit en vertrokken we.

Tijdens de rit met de mototaxi van Chopo, Chopotaxi, vroegen we allerlei informatie over wat we zagen, en ook af en toe om te stoppen. Chopo vertelde en vertelde en leek heel wat te kennen van “zijn” woestijn. Bij de pousada, vroegen we hem wat het zou kosten om ons te gidsen en te voeren naar de verschillende plaatsen die we de volgende 1,5 dagen in de woestijn wilden bezoeken.

 We hebben gedurende 1,5 dagen massa’s uitleg gekregen over de woestijn, zijn bewoners, zijn geschiedenis, en we bezochten al de verschillende plaatsen grondig.

de Geelkapamazone leeft daar waar er wat meer planten groeien

versteend hout

Recht over de posada is er een gebied, Cusco, waar we een wandeling maakten van een 2-tal uren. Dit gebied lijkt een beetje op de Colorado in de US. Rode rotsen, zand, cactussen en andere woestijnplanten, rotspilaren en torens. Chopo toonde ons elke bijzonderheid en vertelde heel wat over het medicinaal gebruik van de planten.

Las Ventas ligt aan de andere zijde van de pousada. Daar maakten we een ochtendwandeling. De bodem is hier veel minder geërodeerd dan in Cusco. We passeerden langs 1 van de 5 natuurlijke bronnen (de pousada heeft er ook een) waar ook een pousada, romantischer gelegen, maar veel primitiever, met zwembad lag. De eigenaars zijn daar ook zeer vriendelijk.

Later op de dag maakten we een wandeling in Los Hoyos .Hier is de bodem grijs, er is ook een grote erosie, maar met een ander resultaat: het is meer een canyon-gebied (erosie gebeurde door de wind, niet door water).Langs de weg waren hier veel vogels te zien en erg mooie landschappen .

Tropische Spotlijster

Chileense kieviet

Amerikaanse Torenvalk

Een aantal familieleden van Chopo wonen in dit gebied. Hij kent het op zijn duimpje en leidde ons naar en door verschillende canyons, over hoogten, langs een enkele bewoning (wie niet langs de weg woont is er uiterst arm, maar overal is er wel wat water).

Villavieja bezochten we op zondagnamiddag. Het is een rustig stadje, de mensen zitten er voor hun deur of op een bankje. We bezochten het museum met verschillende fossielen van uit het sauriër-tijdperk. Het waren immense dieren die daar leefden.

Daarna bezochten we nog een artisanale fabriek die de Nopales-cactus als grondstof gebruikt. Ze maken snoepjes, wijn, zeep en andere zaken. Wat uitleg gekregen en geproefd. We kochten ook wat snoepjes gemaakt uit het cactussap. Heel erg lekker.

op de foto met de lokale burgemeester

’s Avonds was de sterrenkijker geopend. We wandelden er naartoe, en kregen heel wat info over de hemellichamen op 2° NB. De bezoekers konden door de sterrenkijker alles nog beter bekijken. Heel interessant. Bij het verlaten van de sterrenkijker stond Chopo ons op te wachten. Men had hem verwittigd, hij voerde ons terug naar de pousada.

De laatste dag vertrokken we heel vroeg, Chopo was er goed 6u. Hij voerde ons terug naar Villavieja, de bus van Coomotor was blijkbaar al vertrokken, maar Chopo reed er achter en de chauffeur was blijkbaar verwittigd van onze komst.


San Agustin
is niet te bereiken via de lucht. Ofwel vliegt men op Neiva, ofwel op Popayan. Dan gaat het verder met een bus (vanuit Neiva) of bussen (vanuit Popayan).

Wij namen in het busstation van Neiva de bus van Taxis Verdes omdat hun vertrekuur voor ons beter lag. Taxis Verdes rijdt ook tot San Agustin, andere maatschappijen rijden tot Pitalito, waar men dan op een kleiner busje moet overstappen.

Taxis Verdes stopt enkel in de busstations van Garzon en Pitalito en is dus redelijk direct. Omdat de streek hier niet superveilig is, is een stopbus of stopbusje minder aangeraden.

Het nadeel is wel dat de ene buschauffeur de hele rit alleen moet afleggen (meer dan 4u) en hij op het einde duidelijke tekenen van vermoeidheid vertoont. Op het laatste stuk tussen Pitalito en San Agustin waren wij de enige passagiers en hebben we hem een beetje wakker gehouden met vragen te stellen.

onze kamer in de finca, ruim en met een terras

Ook hier waren weer wat vogels te spotten

Zwartsnavellijster

Azuurkop Tangaree

Zwarte Tangaree

Het archeologisch park kan vanuit de finca (overnachtingsplaats) bereikt worden per taxi of met een busje. Dan busje passeert op de hoek van de afslag naar de finca. Er wordt aangeraden (buitenlandse zaken) om op de site niet alleen rond te lopen en een gids te nemen. Onze gids was Carlos, een heel enthousiaste man die naast zijn uitleg ook een tekenschriftje mee heeft om de symboliek die in de beelden zit, uit te leggen.

Eerst bezochten we het museum bij de toegang. Daar vindt men heel wat interessante uitleg over de San Agustin-cultuur. Daarna trokken we naar de verschillende sites. Prachtige sites, heel weinig bezoekers, wel wat rondhangende mannen. Het gebied is erg uitgestrekt. Zonder gids kan men op een goed uur rond zijn. Wij deden er 7u over, zonder ons ook maar één moment te vervelen. Prachtige beelden met heel veel achtergrond en vermoedens over de connecties die de bevolking had met andere gebieden in Colombia en Ecuador.

Carlos die in het museum uitleg geeft

Enkele foto's van de beelden

De omgeving van San Agustin kan enkel met een 4x4 bezocht worden. Wegen zijn vol putten en niet met een bovenlaag bedekt. Er staat op verschillende plaatsen ook water (diep) op de weg. Onze chauffeur was Orlando, de gids nog steeds Carlos.

We vertrokken richting La Plata en bezochten eerst de Estrecho del Rio Magdalena. Van de parking is er maar een korte wandeling om er te geraken. .Deze vernauwing bedraagt slechts 2,2m en is gesitueerd op 1400m hoogte (de bron van de Rio Magdalena zou in vogelvlucht hier 44 km vandaan liggen op 3680m hoogte).

We reden verder naar Obando met een klein museum en enkele graven van de San Agustin-cultuur.

Verder langs de weg liggen vele kleine fabriekjes waar panela geproduceerd wordt. De grondstof is wit suikerriet, waaruit het sap geperst wordt en dan ingekookt wordt. Er wordt bast van een bepaalde boom aan toegevoegd om verontreiniging te absorberen. Uiteindelijk wordt het ingekookte sap afgekoeld en in blokken gezaagd. Die blokken trekken massa’s wespen aan, maar gelukkig geen erg voor de mensen die er werken. Panela wordt gebruikt in Colombia in zoete dranken, zoete nagerechten en snoepgoed. Het is niet gebleekt zoals de gewone suiker. De afval van de rietstengels wordt gebruikt om het vuur (voor het inkoken) te stoken.


persen van suikerriet om het ruwe sap vrij te stellen


blokken panela

Witte suiker wordt in Colombia van rood suikerriet gemaakt. Dat bevat meer suiker.

We passeerden ook een luloveld waar de planten met de verschillende stadia van rijping tegelijkertijd worden aangetroffen.Er zijn enerzijds de bloemen, anderzijds de onrijpe vruchten en daarbij ook nog de rijpe vruchten. Lulo wordt voornamelijk gebruikt om fruitsap te maken, alhoewel de vrucht op zichzelf ook kan gegeten worden.

Dan verder naar Alto de los Idolos. Kleinere opgraving, wel enkele speciale stukken.


een krokodil


Enkele beelden van de omgeving, we rijden hier in een geaccidenteerd gebergte


Voor het middagmaal gingen we naar Isnos. De weg vervolgde langs de Salto de Borbones. De waterval valt 300m, de omgeving is zeer mooi. Verder is er deAlto de las Piedras, een kleine en interessante opgraving

Een heel interessante daguitstap waarbij we een goed beeld krijgen over het gebied waar de San Agustin-cultuur en de hedendaagse indianen leefden en leven. Carlos kent zijn streek erg goed.

De derde dag reden we met dezelfde, noodzakelijke jeep, Orlando en Carlos naar Tierradentro.

Af en toe is de weg (in slechte staat 4x4 nodig) over de bergen naar La Plata open. Nu waren er wegeniswerken en moest er rond gereden worden. Dit betekende terug naar Pitalito en dan naar La Plata, maar ook daar wegeniswerken, dus niet te doen. Wij moesten (per jeep) terugkeren richting Neiva en tussen Gigante en Neiva is er een afslag naar la Plata. Met het openbaar vervoer kan men ook, vanaf San Agustin naar Pitalito en van Pitalito naar La Plata. Er was (in 2010) geen directe bus van San Agustin naar La Plata (noch naar Popayan). De weg Gigante-La Plata is volledig geasfalteerd.

comfortabel is iets anders ...

Van La Plata naar Tierradentro (evenals naar Popayan) is in zeer slechte staat. Enkel per 4x4 kan men moeizaam door. Ook de bus is 4x4. Voor Inza is er een afslag naar rechts, naar Tierradentro. Komt men met de bus, dan moet men hier uit want de bus rijdt verder naar Popayan. Aan het kruispunt kan men wachten op de chivas (kleurrijke bus zonder ruiten), of per moto mee (tegen betaling).Eigenlijk waren we wel erg blij dat we de verplaatsing van San Agustin naar Tierradentro in het pakket met een jeep deden. Er rijdt immers maar af en toe een bus en dan is overnachten in La Plata een eventuele oplossing.

Tierradentro bevat ook archeologische opgravingen van een andere cultuur dan deze van San Agustin. Ze liggen meer verspreid en ze liggen allemaal op heuvelstoppen of bergtoppen. De mooiste ervan Alto de Segovia is gemakkelijk bereikbaar via en wandeling naar een heuveltop. Goed aangegeven langs de weg. Hier zijn zeer mooie grafkamers, diep onder de grond. De (oorspronkelijke) toegang tot elk is via hoge, steile trappen in een verticale tunnel. De toegangen zijn afgesloten met een deksel en er is een bewaker die ze bij een bezoek opent. De grafkamers zijn zeer mooi beschilderd op de muren, de zuilen en het plafond. Erg de moeite waard om ze te bezoeken en helemaal anders dan in San Agustin.

erg moeilijke toegang door een zeer steile draaitrap met heel hoge treden

De site El Tablon bevat een aantal beelden, die eerder 3-dimentionaal bewerkt werden. Uitzicht op het dorp.

lekker vers fruitsap werd hier voor ons gemaakt

Het etnografisch museum handelt over het leven van de Paez indianen. Het archeologisch museum ligt vlakbij en aan de overzijde van de straat. Hier moeten tickets gekocht worden om de verschillende sites te bezoeken. In dit museum bevinden zich vondsten uit de verschillende grafkamers.

doorsnede door een Tierradentro-grafkamer

Daarnaast is er nog veel natuur

Saffraangors

Rode Tiran

Andere sites in Tierradentro bezochten we niet wegens te zware tochten en te korte tijd.

een hoedenmaakster

een kerkje

Wat we bezochten was en is echt wel de moeite om er speciaal naar Tierradentro voor te gaan.Tierradentro is een streek waar heel wat indianen wonen (de Paez) en staat onder legercontrole wegens af en toe (in het korte verleden) onrusten

3.1. Santa Marta en het vlagschip van ProAves, El Dorado

Vermits we in het noorden van Colombia enkel het ProAves park zouden bezoeken, zijn we van Popayan via Bogota (bijna alle vluchten in Colombia gaan via Bogota waar men moet overstappen) naar Santa Marta gevlogen. De luchthaven ligt een eind van de stad, direct aan de Caraïbische zee. Verplaatsing naar de stad gebeurde met een taxi In de stad zelf kan men het ganse centrum te voet bezoeken.

Ook voor Santa Marta hadden we geen extra tijd voorzien. We hadden een halve dag. Wanneer het donker is loopt men best niet meer rond in de stad, tenzij daar waar er veel volk en kraampjes zijn.

Simon Bolivar, de man welke vele landen Zuid-Amerika onafhankelijk van de Spanjaarden hielp maken, is in Santa Marta gestorven

Men kan wandelen op de promenade aan de zee. We bezochten het museo del oro.Dit museum is vooral gericht op de Tayrona cultuur .Het museum, dat nu tijdelijk (misschien voor altijd) in een bankkantoor gehuisvest is, is erg de moeite waard.

standbeeld voor de Tayrona

Veel restaurants uit de reisgidsen bestaan niet meer, het is hier, erger dan elders waar we waren in Colombia, een komen en nog veel vlugger gaan. We passeerden ook langs het kantoor waar men een permit moet kopen om Tayrona te bezoeken .Men zou er ook per helicopter kunnen komen ipv de dagenlange trektocht. (nu, in 2018 kan dat niet meer wegens milieuproblemen en problemen om de site te beschermen)

Parque ProAves El Dorado in het gebergte rond Santa Marta

In dit park kan men als toerist niet komen tenzij men het met Ecoturs geregeld heeft zie excursies en gidsen.

We werden per jeep om 5u ’s morgens opgehaald waar de driver, Montero –hij is ook de persoon die toezicht houdt op het park El Dorado- en de gids, Waly of Walberto. Tot aan Minca is de weg in betrekkelijk goede staat. We maakten een wandeling naar Pozo Azul, en reden dan verder via een heel erg rotsig, modderig, vol putten, dikwijls er smal pad naar El Dorado. Het is een heel eind, vooral in tijd, niet in afstand.

Walberto, de gids, was van opleiding dierenarts. Hij is echter bovenal vogelobserveerder

niet alleen vogels, ook heel wat vlinders te zien.  Dit is de Idomeus-Uil-Vlinder

we waren hier in de bergen, met heel wat bergrivieren en snelstromende beken

sneeuw in de Sierra Nevada de Santa Marta, het gebergte waar El Dorado een klein deeltje van is

Wandelingen in het vogelpark, tocht met jeep naar hoger of lager gelegen delen voor vogelobservatie. Bezoek aan een koffiefinca met uitleg. Zeer enthousiaste gids en vogelkenner. Heel positieve ervaring. Veel endemische vogelsoorten.

er zijn heel wat voederplaatsen voor de vele kolibri-soorten

Sikkelvleugelgoean

Zwartoorzanger

Steepkopmuisspecht

heel veel planten, zowel op de grond als op bomen of struiken

Geelbuikkardinaal

Kroonbosnimf

Heine tangaree

Blauwraaf

Roodkraaggors

Witschoudertangaree

koffiebessen

Bruine-Violetoor-Kolibri

Maskertrogon

Maskertrogon op de rugzijde

Witstaart-Inka-Kolibri

Zwartmasker-Tand-Kwartel

3.2. Reserva Rio Blanco bij Manizales

Vanuit Bogota kan men over land naar Manizales. Wij kwamen van Santa Marta en vlogen, weeral via Bogota. Omdat we in het natuurgebied overnachtten, hadden we ook het vervoer vanaf de luchthaven via de organisatie geregeld. De rit duurt ongeveer 30’, het gebied ligt even buiten de stad

in het park wandelingen en voederplaatsen en uitzichtpunten, telkens voor vogelobservatie. Ook hier veel endemische vogelsoorten. De gidsen zijn lokale gidsen die zich sterk voor de natuur en de vogels in het bijzonder interesseren en dat over brengen op de bezoekers.

Gekraagde-Inca-Kolibri

Toermalijn-Zonnekolibri

Roestkap-Mierpitta

Caldasmierpitta

Roodmantelspecht

Groen-Zwarte-Cotinga

hier leeft de Brilbeer of Andesbeer

het gebied is eigendom van de Manizales waterwerken

3.3. Bahia Solano

Bahia Solano is enkel vanuit Medellin over de lucht te bereiken.  Vertrek vanuit de kleine stadsluchthaven in Medellin. De kostprijs van de vlucht is vrij hoog en in Choco (Pacifische kust) moet er nog een entré-taks betaald worden, te betalen bij vertrek uit de luchthaven van Bahia Solano.

het vliegtuigje dat ons naar Bahia Solana bracht vanuit Medellin

Bij het luchthaventje van Bahia Solano is er een sterke militaire aanwezigheid. Het gebied immers tussen de kust en Medellin is FARC gebied. Ook aan de kust zagen we later patrouilles.

Er staan aan de luchthaven een aantal mototaxi’s om mensen te vervoeren naar het stadje. Voor de langere rit naar El Valle staan er jeeps en een jeepbus. Dat is wel erg nodig want de weg ligt voor een groot deel nog in zeer slechte staat, zelfs voor een jeep is de route soms moeilijk. De mensen in de bus moesten regelmatig uitstappen omdat hun voertuig in de modder verzakte.

Bij hevige regen en mist is de luchthaven van Bahia Solano gesloten (maar dat bleek meer regel dan uitzondering te zijn).

Ondanks onze herhaalde vraag, bleken bij aankomst de bezoeken niet in de prijs inbegrepen te zijn. Dit was een manier om, onder het mom van ecotoerisme, geld uit de zakken te kloppen.

Heliconia

Ook de andere lodges bieden dezelfde bezoeken aan. De bootsmannen zijn dezelfde, de prijs daar kennen we niet.

Blauwe Suikervogel, boven het mannetje, hieronder het wijfje

Roodflankbaardvogel

Walvis (= bultrug)-observatie gebeurt per boot.  Men vaart eindje langs de kust in de hoop de bultruggen te zien. Ze komen maar om de 15-30 minuten boven en zijn dan te herkennen aan de hoge fontein die ze opspuiten (tot 12m hoog).Dus niet gemakkelijk te zien. We zagen er, maar na 4 maal bultruggen van verre gezien te hebben, was de bootsman het beu en keerde terug.

Bultrug

Wandeling in “la reserva”, natuurgebiedje van de lodge .De “gids” legde uit aan welke eisen iets moet voldoen om de term “eco-“ te mogen dragen. Dat werd hier toegepast (naar de letter, niet naar de geest, ondervonden we).We kregen nog hier en daar een beetje uitleg, maar een echte natuurkenner was de gids helemaal niet.

een soort krab met de ogen op hoge antennes

Het Parque de Utria ligt een eind zuidelijker langs de kust. Er was geen gids mee, enkel een erg ongeïnteresseerde bootsman. We betaalden per persoon voor wat men in El Almejal een” uitgebreid bezoek”, noemde. Bleek dat dit in de praktijk enkel betekende er naartoe varen en zo rap mogelijk weer terug keren .De bootsman kreeg per persoon slechts de helft. De toegang tot het park)  was blijkbaar NIET in het “uitgebreide bezoek” inbegrepen. Een lokale gids gaf ons in het park gedurende 45’ uitleg. We vroegen om de mangrove te zien (per boot) en na veel aandringen voer de bootsman met ons even naar daar. Daarna bezochten we nog even een klein eilandje “Playa Blanca” maar wegens de hevige regen was dat bezoek snel afgelopen.

Mangrovereiger

Amazone-Ijsvogel

Volgende maal overnachten we in het nationaal park Utria. Ook daar kan men al de verschillende excursies maken, voor een lagere prijs met mensen die houden van de natuur als gids. Men kan er komen door te vliegen op Bahia Solano, dan per jeep en per boot verder, of te vliegen naar Nuqui vanuit Quibdo, en dan per boot naar het park.

Een boottocht op de Rio Tundo geeft een goed beeld over de riviermangrove .Hier was de gids iets uitvoeriger. Eerst wandelden we 45’ door het dorp, dan met een kano door brak- en zoetwatermangrove van ongeveer 40’, dan ergens meer dan een half uur niets doen, en verder snel, snel terug, gevolgd door nog eens 45’ stappen door het dorp. Het had erg interessant kunnen zijn, mocht er heel wat meer animo en uitleg door de gids gegeven zijn.

een nederzetting langs de rivier

De eieren van de zeeschildpadden welke op het strand hier afgelegd worden, verzamelde men op een veilige plaats.  De jonge zeeschildpadjes bracht men naar de zee terug om ze niet door predatoren te laten opeten.

3.4. Isla (eiland) San Andres

De San Andres archipel bestaat uit 7 atollen en 3 eilandjes waarvan San Andres het grootste is met 26 vierkante km en Providencia 17 vierkante km.  Santa Catalina is slechts 1 vierkante km groot en is via een voetbrug verbonden met Providencia.

Men kan slechts vliegen op San Andres, dat veel dichter bij Nicaragua (191 km) ligt dan bij Colombia (775 km). In de luchthaven van vertrek moet men een een toeristenkaart voor de eilanden kopen . Het is heel belangrijk dat men die kaart houdt want telkens men vertrekt of aankomt op San Andres of Providencia, moet die kaart getoond worden (zoniet een nieuwe kopen).

Voor de luchthaven in san Andres staan er taxi’s. De rit is niet erg ver, maar toch een heel eind om te voet te stappen.

In het hotel regelden we een dag golfkarhuur maar vroegen we er een driver-gids bij Juan Carlos heeft in het verleden jaren rondgereden met een toeristisch bus-treintje op San Andres en kent heel wat van het eiland.

Met hem bezochten we eerst de Morgan Cave met een museum ivm kokos, native schilderkunst (creoolse bevolking), de grot met een namaakpiratenschip, waarbij het geheel gerund wordt door de oorspronkelijke bewoners. Zij hebben geen eigen hotels en profiteren op deze manier wat mee van het toerisme. Het Cas Museo wordt ook door hen gerund. Dit is een huis uit de begintijd waarbij Engelsen(vnl. mannen) het eiland bevolkten en een zwarte vrouw/slavin hadden met vele gemengde kinderen.

Het huis is zoals een origineel huis met de originele meubels en de originele levenswijze werd uitgelegd. Op het einde van de rondleiding is er een dansoptreden van enkele lokale meisjes (zij zijn de gidsen)..

Het eiland telt heel wat Boomvruchten.  We proefden er verscheidene malen van, heel erg lekker.  Het vervangt aardappelen, maar is wat zoeter

Via Cove Bay bereikten we een punt waar men een toegang betaalt en voor dat geld wat brood krijgt om vissen te voederen. Er is heel wat koraalvis te zien.

Steenloper

Ook San Andres  is een koraaleiland

Onderweg passeerden we ook langs de planta waar elektriciteit voor het eiland wordt gemaakt, en langs de gevangenis waar ,volgens Juan Carlos, meer dan 300 lokale gevangenen zouden zitten.

Langs de oostkust zagen we voor de kust een koraalrif liggen. In San Luis reden we het binnenland in, de heuvel omhoog naar La Loma en de Laguna Big Pond. Dit laatste lag erg mooi, maar wegens de aanhoudende en gietende regen hebben we er maar heel beperkt gewandeld. Vroeger kon men op het hoogste punt van het eiland van het uitzicht genieten, maar nu is dat gesloten wegens de aanwezigheid van de aerocivil.

Op het ganse eiland zijn er heel veel vervallen villa’s, hotels en andere gebouwen te zien. Af en toe lijkt het wel op een spookstraat. Na navraag zijn we te weten gekomen dat een 8-tal jaar geleden er grote jacht gemaakt is op drugsbaronnen en drugsdealers en dat die (eigenaars dus van die gebouwen) of nu in de gevangenis zitten voor zeer lange tijd, ofwel gaan vluchten zijn, alles achterlatend.

De volgende dag waren we om 8u bij de Cooperativo lanchero op het strand, niet ver van het hotel. Voor 15.000COP verkocht men excursietickets voor een boottocht. Eens 20 tickets verkocht vertrok het bootje, eerst naar El Acuario waar we 1u30’ ter plekke waren. Snorkellend zijn hier heel wat verschillende koraalvissen te zien

Daarna met hetzelfde bootje naar Johnny Cay waar we 3u bleven. Dit eilandje kan bewandeld worden, er zitten enkele vogelsoorten. Hier ook veel koraal en koraalvissen. De meeste mensen komen hier om te zonnen, maar die dag was er veel meer zware wind en regen.

amaai, wat een massa mensen werden aan- en afgevoerd

mooie schelp gevonden bij het snorkelen

de noordpunt van San Andres vanuit de lucht gezien

en het kleine eilandje waar al de toeristen aangevoerd worden


3.5. Isla Providencia

Providencia was ooit de basis van waaruit de beruchte Engelse zeerover, Henry Morgan, opereerde.

Tussen San Andres en Providencia zijn er dagelijks verschillende vluchten met Searca, een 15-passagiersvliegtuigje; en 2x per week een catamaran. Op Providencia was er controle van de toeristenkaart, maar ook van het terugticket en een vraag naar de verblijfplaats.

het vliegveldje van Providencia

de voetgangersbrug welke Santa Catalina met Providencia verbindt

Er zijn enkele taxi’s naar de verschillende plaatsen op het eiland en er rijdt nu een chiva-achtig voertuig rond het eiland (1x per uur in tegenwijzerzin)

Kanonnen van de zeerovers

In tegenstelling tot San Andres , is hier heel weinig toerisme, en geen hoogbouw.

Met de chiva reden we rond en stapten hier en daar uit. Wandelen hebben we echter niet gedaan omdat het sinds weken zo hard regende dat alle wandelpaden ondertussen modderbeken geworden zijn.

Op Santa Catalina kan men een kano huren en er zijn heel wat vogels te bewonderen.

met de kano rond Santa Catalina

de engte tussen de twee eilandjes

Mooie plaatsen om te snorkelen

Kleurrijke krabben

Naast de Zwarte Mangrove is er hier ook een gebied met Rode Mangrove

En dan de vogels

Kleine Blauwe Reiger

Geelkruinkwak

de vogels vinden hier wel hun voedsel tussen de krabben

Witvleugel-treurduif

Kleine Groene Reiger

Geelkruinkwak

Kleine Groene Reiger

Amerikaanse Fregatvogel

Kleine Blauwe Reiger

Steenloper

Witkapduif

Grote Zilverreiger

Dikbekvireo

Volgende week starten we onze tweede reis naar Colombia, met meer koloniale steden

 

Print Friendly and PDF

 

 

 

 

Plaats een Reactie

Gaby Voilà zie ik ben al volledig mee met de Colombiaanse sfeer!! Bedankt en een boeiende reis voor jullie! Lou laat u maar volledig gaan en Stephan véél snorkelplezier er bovenop! Geplaatst op 14 Februari 2018
LucFanGaby Deze keer zeker uitkijken naar de Rupi rupi. En ook naar de Polyfinario en de Kroet. Het best zijn die auditief waar te nemen én te herkennen aan hun zang: de eerste zegt "kroet" en de tweede "poliefienario" (althans volgens de gekende ornitholoog T. hermans). Ge kunt nie missen! Goede reis! Geplaatst op 13 Februari 2018
claudine Leleu Beste Lou en Stephan,we wensen jullie een prachtig vervolgverhaal toe in de prachtige fauna en flora van het mooie Columbia. Claudine en Guido. Geplaatst op 11 Februari 2018
katrien dag globetrotters zo te zien zijn jullie nog maar weinig veranderd sinds vorige reis! reizen houdt jullie blijkbaar jong :) . ik wens jullie een mooi vervolgverhaal met veel boeiende ontdekkingen ! geniet ervan lieve groeten Katrien Geplaatst op 10 Februari 2018
Robrecht en Isabelle Héél erg bedankt voor deze sfeervolle inleiding. We kijken uit naar jullie nieuwe verkenningen! Goede reis en tot binnenkort. Geplaatst op 10 Februari 2018
marguerite dank voor de boeiende inleiding , ik kijk al uit naar het vervolg. Goede reis ( opnieuw !!! ) Geplaatst op 10 Februari 2018

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking